Meestal begint de eerste treinrit van een nieuwe reiziger met de vraag: 'In welke richting rijdt de trein?' Zo kan hij of zij zich veilig met de neus in de juiste richting installeren. Daarnaast kijkt een nieuwtje nog met veel bewondering naar het treinstel waar jij al uren en dagen in hebt gesleten. "Dat rijdt wel vlot, hé", is zo'n typische uitspraak. Of: "Zo'n trein, toch gemakkelijk, helemaal geen last van files." Want dat had jij als pendelaar nog lang niet door.
WC-bezoek
Nieuwe reizigers zijn steevast goed voorbereid op hun treinrit. Een afgeprinte route is onontbeerlijk. Ze zijn dan ook stomverbaasd wanneer jij de treinuren uit je hoofd blijkt te kennen. Daarnaast controleren ze ook voor de zekerheid nog eens bij de conducteur of ze naar de juiste bestemming op weg zijn. Telkens als de trein stopt, kijken ze geïnteresseerd naar de naam van de halte. De kans is ook groot dat je hen tegenkomt bij de wc, een plek die jij als habitué alleen in allerhoogste nood bezoekt.
Verkeerde deur
Ook bij het uitstappen zijn er een aantal merkwaardigheden waar je nieuwelingen aan kan herkennen. Zo staan ze steevast te vroeg recht, lang voor je trein het station binnenrijdt. En kiezen ze vaak de deur die niet op het perron uitgeeft. Terwijl jij als ervaren reiziger met het grootste gemak de juiste deur opendoet, net wanneer de trein stilstaat.