Een airconditioner maakt de lucht in de ruimte niet alleen koel, maar ook droger. Dat laatste is belangrijk, wat droge lucht geeft je een minder benauwd gevoel. De warmte wordt naar binnen gezogen en over een koude verdamper geleid. Daarna wordt de gekoelde en ontvochtigde lucht naar buiten geblazen. Filters houden pollen en vuiltjes in de lucht tegen, wat een bijkomend voordeel is voor hooikoortspatiënten.
Slecht gereinigd
Als een airco goed gereinigd is, word je er niet verkouden van. Als je de verdamper en de filters niet regelmatig laat schoonmaken, stapelen bacteriën en schimmels zich echter op. Die worden dan samen met de koude lucht verspreid in de ruimte. Daardoor kan je last krijgen van een verkoudheid en griepachtige symptomen, zoals keelpijn, geïrriteerde luchtwegen en tranende ogen.
Te droog of te koud
Naast een slecht onderhoud kan je de airconditioner ook verkeerd instellen. Let erop dat de luchtvochtigheidsgraad tussen 45 en 60% ligt. Is de lucht te droog, dan krijg je last van geïrriteerde slijmvliezen en droge ogen.
Je airco te koud instellen is heel verleidelijk, maar geen goed idee. Idealiter is de binnentemperatuur maximaal 6 graden lager dan de buitentemperatuur. Anders loop je het gevaar de plotse overgang van warm naar koud niet goed te verwerken. Als je bezweet binnenkomt in een te koele ruimte, raak je gemakkelijk verkouden.