Op 11 oktober 2014 werd de vrouw tegengehouden voor een ademtest. Daaruit bleek dat ze 3,3 promille alcohol in haar bloed had, terwijl de limiet in de staat New York op 0,8 promille ligt. Het resultaat verbaasde de vrouw, aangezien ze op zes uur tijd slechts drie glazen had gedronken.
In afwachting van haar proces liet haar advocaat haar een dag volgen door twee verpleegsters en een doktersassistent. Aan het einde van de dag namen zij een bloedtest af, waaruit bleek dat de vrouw een bloedalcoholgehalte van 3,6 promille had, ondanks dat ze een hele dag niet gedronken had. De vrouw blies zelf ook achttien dagen lang in alcoholtester, met telkens 2 promille als resultaat.
De advocaat nam contact op met Anup Kanodia, een expert op het vlak van autobrouwerijsyndroom. Bij dat zeldzame syndroom worden koolhydraten omgezet naar alcohol, wat ertoe leidt dat sommige patiënten steeds dronken zijn. Dokter Kanodia stelde het syndroom ook vast bij de vrouw. Een dieet met weinig koolhydraten zorgt er nu voor dat ze het syndroom onder controle heeft, al beweert haar advocaat dat de vrouw zich nooit dronken voelde. Het medisch bewijs was genoeg voor een rechter om haar onschuldig te verklaren.