VUB-onderzoekster Karen Van Aerden onderzocht jobs in 27 landen van de Europese Unie. "Dat was puur kwantitatief onderzoek, waarbij onder meer het contracttype, de verloning, de werktijden en de informele machtsverhoudingen in rekening werden gebracht."
Rechtstreeks verband
Van Aerden kon een rechtstreeks verband vaststellen tussen de flexibiliteit die in een job wordt gevraagd en verhoogde gezondheids- en welzijnsrisico's. "Die risico's staan los van de jobinhoud en van de mogelijke gevaren die eigen zijn aan het werk. De meeste gezondheidsrisico's vind je logischerwijs in de precaire jobtypes, met over het algemeen nadelige arbeidsvoorwaarden en -verhoudingen. In West- en Noord-Europese EU-lidstaten zit het grootste probleem bij de precaire parttime jobs, die vooral door vrouwen worden ingevuld."
"De jobs met het kleinste risico vind je in de categorie standaard tewerkstelling', waarbij een vast contract en fatsoenlijke verloning gecombineerd worden met min of meer vaste werktijden en goede arbeidsrelaties."