De Israëlische minister van Buitenlandse Zaken, Israel Katz, reageert zaterdag tevreden op de beslissing van Unesco om het carnaval in Aalst van de lijst met immaterieel cultureel erfgoed te halen. Aalst Carnaval kwam tijdens de vorige editie in opspraak. Op een praalwagen stonden Joodse karikaturen afgebeeld, met pijpenkrullen, haakneuzen en een grote kist met geld. Er kwam niet alleen kritiek van de Joodse gemeenschap, maar ook de Unesco noemde de karikaturen respectloos. Vrijdag schrapte de VN-organisatie het evenement van de representatieve lijst van het immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid.
Verschillende Joodse organisaties reageerden vrijdag al tevreden op de beslissing en Israël treedt hen nu bij. Minister Katz juicht de "morele beslissing gebaseerd op principes" toe.
De verwijdering van de lijst geeft een sterk signaal dat dergelijke antisemitische uitlatingen geen plaats hebben in de organisatie (Unesco) en de wereld, stelt het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken. Dat wijst daarbij op zijn intense diplomatieke inspanningen die tot de beslissing geleid hebben.
"In de 21e eeuw, in een tijd waarin het antisemitisme opnieuw zijn ware gelaat toont, kan er geen tolerantie zijn voor dit lelijk fenomeen", zegt Katz in een persbericht. Hij verwacht dat de Belgische regering duidelijk standpunt inneemt tegen antisemitische boodschappen tijdens het carnavalsfeest. "De antisemitische plaag bedreigt niet alleen Joodse mensen, maar ook elke maatschappij en elk land waarin ze bestaat. De wereld moet zich verenigen in de strijd ertegen."
De beslissing viel vrijdag op een Unesco-bijeenkomst in Bogota. Het is de eerste keer dat de organisatie zo'n beslissing nam.
bron: Belga