Telewerken: sommige deden het al vóór 13 maart, anderen eerder sporadisch of niet. Hoe dan ook was het voor ieder van ons een uitdaging om van de ene op de andere dag de keukentafel om te toveren tot permanente werkplek. Zo ook voor Tarik Henin die bij coworking Seed Factory in Brussel te vinden is dezer dagen: "Ik heb thuis twee kinderen: dat is héél leuk, maar soms ook moeilijk om geconcentreerd te werken. Vandaar dat ik de voorkeur geef om te telewerken vanuit de coworking space in plaats van aan homeworking te doen." Dat bevestigt ook Edouard Cambier van Seed Factory: "Homeworking' is fantastisch voor één of twee dagen per week, maar niet duurzaam op lange termijn zoals we het nu doen. Het is heel moeilijk om iedere dag om 9 uur achter je computer te starten met werken en continu in je kot te zijn."
Sociale interactie in coworking spaces
Coworking spaces bieden een alternatief voor een aantal moeilijkheden die bij thuiswerken komen kijken. Hendrik Delagrange, arbeidssocioloog en onderzoeker bij de Stichting Innovatie en Arbeid, bekijkt de link tussen telewerken en coworking spaces op een meer structurele manier. "We zitten momenteel in een erg bijzondere situatie: iedereen doet aan homeworking en doet dat ook de héle tijd. Maar of dat op lange termijn houdbaar is, is nog maar de vraag. De sociale interactie binnen bedrijven lijdt er enorm onder. Daarom denk ik dat in de toekomst een deel van die thuiswerkers de voorkeur zal hebben om te gaan telewerken vanuit dergelijke coworking spaces. Zo hebben ze toch nog wat interactie, ook al is dat niet met hun directe collega's van dezelfde organisatie. Samen met andere coworkers een broodje eten of een koffie drinken en over het wielrennen praten kan wel degelijk inspireren." Die koffiemachine neemt inderdaad ook een centrale plaats in bij Seed Factory: "Wanneer de mensen hier aankomen 's morgens nemen ze eerst rustig een koffietje samen met de andere coworkers. We hebben dan ook de tráágste koffiemachine ter wereld, want het is hiér dat het netwerken plaatsvindt", zegt Edouard Cambier.
Flexibiliteit troef
Telewerken heeft niet alleen gevolgen voor de werknemers, maar ook voor de werkgevers. Dat ervoer men bijvoorbeeld bij marketingbedrijf AIR. "In maart, toen de lockdown begon, liepen onze kantoren volledig leeg doordat de meeste teams van thuis uit werkten», vertelt Louis Gheysens, businessmanager. "We bleven nog maar met een enkele personen over in onze grote kantoorruimte en daardoor hebben we onszelf toch de vraag gesteld: Heeft het nog wel zin om hier zo veel ruimte te huren, te verwarmen en te onderhouden?' Aangezien op dat moment ook ons huurcontract net afliep, gingen we op zoek naar andere oplossingen. Zo kwamen we hier terecht bij de coworking Fosbury & Sons: de flexibiliteit die we nu hebben qua oppervlakte, spreiding van kosten en mogelijkheden is ongelofelijk!", besluit Gheysens.
Nieuwe vastgoedstrategie
Het verhaal van AIR is geen uitzondering: er is duidelijk een shift ingezet richting een nieuwe vastgoedstrategie. Louis van AIR roemt de modulaire opties die de switch hen biedt. "In plaats van je aan te passen aan het gebouw, gaat het gebouw zich aanpassen aan jou. Willen we een extra ruimte of net eentje minder, dan kan dat. Het is een beetje zoals een long die zich vergroot en verkleint."
Over die nieuwe vastgoedstrategie kan ook Edouard Cambier meespreken, die naast mede-eigenaar van Seed Factory ook voorzitter is van de Belgian Workspace Association (BWA). "Ik krijg elke week zo'n twee à drie mails van grote bedrijven die op zoek zijn naar meer flexibiliteit. Ze vragen me om mappings op te stellen waarin een gecentraliseerd en kleinschaliger hoofdkantoor gecombineerd wordt met coworking spaces als satellieten verspreid over het hele land. Zo kunnen hun medewerkers gedecentraliseerd werken met meer flexibiliteit en dichter bij huis, wat een positieve invloed heeft op de work-life balance. Dat is volgens mij de evolutie richting 2030."
Belgodyssee
Ik ben Kaat Willems (21), afkomstig uit Zutendaal en masterstudente sociologie aan de KU Leuven. Wacht was dit geen wedstrijd voor jonge journalisten in spe?
Jawel, maar ik ben en blijf een socioloog, in de eerste plaats gepassioneerd door de samenleving met zijn rijkdom en zijn uitdagingen. Tóch zie ik mij in de journalistiek terecht komen, want hoe mooi zou het zijn via die weg mijn passie voor de sociologie te kunnen delen met de wereld? Door het Belgodyssee-avontuur heb ik daarvan kunnen proeven, en wát een leuke ervaring was dat! Ik ben meer dan ooit ervan overtuigd dat dit echt is wat ik wil doen.
Samen met mijn Franstalige duo-partner Philippine werkte ik aan deze reportage. Je zal gemerkt hebben dat het onderwerp een sterke sociologische insteek heeft. Mijn sociologische ervaring heeft me erg geholpen om het fenomeen en de toekomst van de coworking spaces vanuit diverse invalshoeken te bekijken, zeker in het kader van de huidige covid-19-context. Philippine leerde me dan weer veel bij over de journalistieke praktijk, aangezien zij al in haar laatste masterjaar journalistiek zit. We beleefden interviewdagen met experten in Leuven en met coworkers in Brussel. Daarna monteerden en verwerkten we dat materiaal samen in Louvain-la-Neuve en leerden elkaar ondertussen beter kennen. Doordat we écht complementair waren, gaf ons dit beiden de kans om veel van elkaar op te steken! Co-working, een superervaring!