Uit cijfers van 2016 blijkt dat we gemiddeld 20.000 gezonde levensjaren per 100.000 inwoners verliezen. Dat zijn 73 dagen per inwoner. Daarmee zakken we van de 8ste naar de 15de plaats van de 28 lidstaten van de Europese Unie. De Spanjaarden, Italianen en Fransen scoren het best en verliezen beduidend minder gezonde levensjaren (ongeveer 17.000 à 18.000 jaren). De laatste plaats is voor Litouwen met een verlies van 28.000 gezonde levensjaren per 100.000 inwoners.
Problemen met gezondheid
«Door de hoge levensverwachting liggen mensen minder wakker van hoe oud ze worden, maar ligt de focus meer op hoe ze oud worden», zegt onderzoeker Brecht Devleesschauwer van Sciensano. «We hopen allemaal op een lang en gezond leven, maar in realiteit krijgen velen onder ons op een bepaald moment gezondheidsproblemen, waardoor ze aan levenskwaliteit inboeten. Die tijden van ziekte, samen met jaren die je te vroeg' sterft, worden samengevat in een verlies aan gezonde levensjaren.»
Roken en drinken
«Een derde van ons verlies van gezonde levensjaren is te wijten aan zaken waaraan we in principe iets zouden kunnen doen. Wie ongezond eet, veel rookt en drinkt, zal de meeste gezonde levensjaren verliezen», zegt Devleesschauwer. Zo verliezen we 2.400 gezonde jaren door tabak, 1.800 gezonde jaren door ongezonde eetgewoonten en 1.600 gezonde jaren door alcohol. Andere gekende risicofactoren zijn beroepsrisico's zoals asbest of passief roken, luchtvervuiling en weinig beweging.
Het verlies aan gezonde levensjaren wordt berekend door te kijken naar het aantal jaren dat men vroeger sterft dan de theoretische levensverwachting. Bovendien wordt in geval van ziekte een percentage van de levensjaren afgetrokken. Iemand die op zijn twintigste ziek wordt waardoor zijn levenskwaliteit afneemt met een kwart en die nog veertig jaar verder leeft met die ziekte, zal zo tien gezonde levensjaren verliezen, of een kwart van veertig jaar.