Voeding staat meer dan ooit in het middelpunt van de belangstelling. Voor een grote groep mensen geldt daarbij een duidelijke tendens: ze stappen over op seizoensgebonden en plaatselijke producten. Jarenlang heeft de globalisering ons laten wennen aan het idee dat we zorgeloos konden genieten van voedsel uit de vier windstreken, maar nu proberen steeds meer burgers om lokaal te consumeren. Dat engagement brengt talrijke voordelen met zich mee. Iedereen begrijpt om te beginnen dat die nieuwe visie een directe impact heeft op onze planeet. Het houdt totaal geen steek om groenten of fruit te eten die helemaal vanuit Peru of Nieuw-Zeeland overgevlogen moeten worden. Vooral als je weet dat veel van die soorten ook bij ons heel goed gedijen. Volgens de Franse denktank Institute for Climate Economics (I4CE) is de hele wereldwijde voedselketen verantwoordelijk voor een derde van de CO2-uitstoot op onze planeet (waarvan 20% louter en alleen voor verwerking en transport). We hoeven je dan ook niet uit te leggen dat er enorm veel op het spel staat. In een van haar verslagen plaatst het Franse ministerie van Ecologie, Energie en Duurzame Ontwikkeling echter een kanttekening bij dat cijfer: «De grootste impact op het milieu, met inbegrip van de uitstoot van broeikasgassen, is niet toe te schrijven aan het transport maar aan de eerdere fase van de landbouwproductie.»
Minder transport betekent echter ook veel minder verpakking en plastic rond ons voedsel. En een deel van die verpakkingen heeft de vervelende neiging om niet in de vuilnisbak te belanden maar op de bodem van de oceaan.
Economisch bekeken is lokaal consumeren ook vooral een stimulans voor de lokale economie en een ruggensteun voor de producenten bij jou in de buurt. Die goederen zijn doorgaans ook goedkoper omdat de producent geen bijkomende kost van (lange) transporten en eventuele (talrijke) tijdelijke arbeidskrachten hoeft door te rekenen. Door de plaatselijke voedingsproductie te ondersteunen erken en behoud je ook de knowhow van de lokale ambachtslui en hou je het erfgoed van je regio mee in stand. Tot slot is het een uitgelezen kans om opnieuw kennis te maken met vergeten smaken die uit onze eetgewoontes verdwenen waren. Wie had bijvoorbeeld gedacht dat pastinaak zo smakelijk kon zijn?
Smaken, smaken, smaken
We leven in een wereld waar het niet altijd gemakkelijk is om de oorsprong van bepaalde producten te achterhalen. Om niet te zeggen dat we vaak om de tuin worden geleid. Als je lokaal koopt, weet je echter altijd precies wat je op je bord haalt. Het is ook een garantie voor kwaliteit, zowel wat het uiteindelijke product betreft als de omstandigheden waarin het geproduceerd is. Lokaal komt in veel gevallen neer op meer respect voor planten en dieren maar ook voor de mens.
En last but not least: wie kwaliteit zegt, zegt ook meer smaak. Je zal waarschijnlijk zelf wel al vastgesteld hebben dat lokale etenswaren vaak een vollere smaak hebben en zoeter of sappiger zijn. Daar zijn verschillende redenen voor. Omdat ze niet bewaard moeten worden tijdens verre transporten worden lokale voedingsproducten over het algemeen pas geoogst wanneer ze helemaal volgroeid zijn. Ze hebben dus ook minder additieven nodig en ze worden minder bewerkt of gekoeld. De producten hebben zich met andere woorden optimaal kunnen ontwikkelen, en daardoor krijgen ze die uitgesproken smaak. Ze bevatten bovendien meer mineralen, vitaminen en micronutriënten, de ideale cocktail om op natuurlijke wijze je immuunsysteem te versterken.