Het postpakket werd op 26 oktober 2022 ontdekt in de gebouwen van FedEx in Memphis, in de Verenigde Staten. In een zending die zogezegd afkomstig was van een boekenwinkel, bleek 2,9 kilogram cannabis te zitten. De Amerikaanse autoriteiten namen contact op met de Belgische politie, die besloot het pakket te laten bezorgen, weliswaar nadat de drugs er waren uitgehaald.
«Toen het pakket werd afgeleverd op het juiste adres in Wezembeek-Oppem, werd het afgetekend door K.M., de zoon des huizes», zei het parket. «Daarop volgde een huiszoeking, waarbij we op een tweede, leeg pakket stootten, dat afkomstig was van dezefde zogezegd boekenwinkel, en dat op 5 oktober was verzonden.»
Volgens het parket is van K.M. geweten dat hij contacten heeft in het drugmilieu, en staat het dan ook vast dat de drugs voor hem waren, en dat hij van plan was die te verkopen.
Procedurefouten
Volgens de verdediging zijn er tijdens het onderzoek procedurefouten gebeurd, en zijn er onvoldoende bewijzen tegen de jongeman. «Dat zijn vermoedens, maar de elementen in het dossier zijn onvoldoende om die vermoedens hard te maken», klonk het aan de zijde van de verdediging. «Ik stel ook vast dat er in het allereerste proces-verbaal sprake is van een ‘gecontroleerde aflevering’, een opsporingstechniek die enkel kan gebruikt worden in het kader van een infiltratie, en waarvoor een machtiging van het openbaar ministerie nodig is. Die machtiging is er niet. Dat de politie later dat proces-verbaal ‘corrigeerde’ om te zeggen dat het toch niet om een ‘gecontroleerde aflevering’ ging, verandert daar niets aan.»