Op 9 april vieren we opnieuw Pasen. Dat iedereen weet dat christenen over de hele wereld op Pasen de herrijzenis van Jezus herdenken – en het verraad van Judas, het laatste avondmaal, het voetenwassen en al het andere dat eraan voorafging – kan in twijfel getrokken worden. Dat iedereen Pasen aan paaseitjes en de paashaas linkt, dat kunnen we met zekerheid zeggen. Een winkel waar niet al maandenlang paaschocolade in de rekken ligt, is tenslotte als een krant zonder letters.
Vruchtbaarheid
Maar wat heeft Christus in godsnaam met eitjes te maken? Eieren kregen in de loop van de geschiedenis verschillende betekenissen. Mensen gaven elkaar eieren om nieuwe seizoenen aan te duiden, boeren begroeven ze op hun veld voor een goeie oogst en voor vrouwen betekende het vruchtbaarheid. Kortom, ze symboliseren nieuw leven en wedergeboorte. In een christelijke context hebben eieren alles te maken met de vasten, de periode waarin christenen 40 dagen geen snoep, minder vlees en vooral géén eieren mochten eten. Na de vasten was er zeker van dat laatste dan ook een overvloed – kippen stopten tenslotte niet met eieren leggen. De oudste eieren werden versierd en de verse eieren werden tijdens het lentefeest gegeten.
***
Wat gebeurt er met de overschot aan paaseitjes?
De immense hoeveelheid paaseitjes in de winkelrekken doet afvragen waar ze naartoe gaan als ze niet verkocht worden. Grote merken raken zo goed als elk jaar hun hele voorraad kwijt, maar dat is niet bij elk bedrijf het geval. RTL Z Nederland onderzocht in een documentaire wat er met de onverkochte chocolade-eieren gebeurt. Philippe de Selliers van Leonidas vertelde dat de producten naar een factory outlet in Anderlecht gaan en daar tegen korting verkocht worden. Nadien gaan ze ofwel naar voedselbanken of worden ze gratis meegegeven met andere producten in de supermarkt. Ook worden er eitjes omgesmolten tot andere producten. Vaak wordt de chocolade dan opnieuw gebruikt in taarten en ander gebak
***
Chocolade als luxeproduct
Het prototype van het bekende paaseitje werd in de 18e eeuw gemaakt in Frankrijk. Hier werden uitgeblazen kippeneieren gevuld met zoetigheden voor de adel. In die tijd was chocolade eerder een luxeproduct, omdat de bereiding van chocolade heel arbeidsintensief was en de transportkosten erg duur. De Britse chocolatier J.S. Fry mag zich met trots een pionier van het paasei noemen. In 1873 maakte hij een ei van pure chocolade. Andere chocolatiers in Europa maakten wel al eerder chocolade-eieren, maar het was Fry die het idee van het chocolade paasei populair maakte in het Verenigd Koninkrijk.
Feest
Eieren zijn dus al veel langer dan vandaag van de partij op Pasen. Of ze nu begraven werden voor een goeie oogst, vruchtbaarheid representeerden of opgesmikkeld werden in heerlijke chocoladeversies: op verschillende momenten in de geschiedenis hadden én hebben eieren op Pasen een belangrijke functie voor de gemeenschap.
Chocolade paaseieren wonnen snel aan populariteit. Zo verspreidde de trend zich naar andere landen en begonnen chocolatiers over de hele wereld hun eigen versie van het chocolade paasei te maken. Vandaag zijn chocolade paaseitjes een integraal onderdeel van de feesttraditie in verschillende landen over de wereld.
***
Tot slot: Hoeveel chocolade vreten we juist?
Volgens een rapport uit 2020 van Statiska was België een van de belangrijkste chocoladeproducenten in Europa, met een productievolume van ongeveer 640 duizend ton chocolade in 2019. Dat zijn meer dan 4000 blauwe vinvissen, de grootste dieren op aarde, of 10 keer het gewicht van de Eiffeltoren uit Parijs. Van Milka- en Leonidas-paaseitjes alleen al aten Belgen in 2019 zo’n 174 miljoen exemplaren.