Vroeger
Al aan het begin van de middeleeuwen zochten mensen naar manieren om in de winter én de zomer hun eten koel te houden. Ze vonden een oplossing in de vorm van een ijskelder. Die zogenaamde kelder was vaak niet meer dan een diepe put van vijf meter in de grond. In de winter werden er grote brokken ijs van een vijver uit de buurt in opgeslagen. Bij Squam Lake in New Hampshire houden enthousiastelingen de traditie om ijs te oogsten nog steeds in ere.
Op de bodem van de put lag zand zodat het smeltwater weg kon. Boven het ijs werd het eten bewaard. De put was geïsoleerd met hooi om de koelte in de put te houden.
Later evolueerde de put naar een huisje. Het principe was hetzelfde maar de ijskelder bevond zich nu boven de grond. Het huisje bestond uit een dubbele laag dikke muren met turf ertussen en een aarden dak. De ingang was aan de noordkant en omringd door bomen om schaduw te creëren.
Nu
Vandaag de dag gaat het er gelukkig helemaal anders aan toe. We hoeven niet door de kou om in een ijsput te kruipen. Je vlees, eieren en groenten bewaar je gewoon in de koelkast die in je warme keuken staat. De koelkasten van Bosch zijn zo ruim dat je er haast even veel in kwijt kunt als in een ijskelder. IJs doet trouwens opnieuw zijn intrede in de koelkast, maar wel in de vorm van een handige ijsdispenser. Zie je wel, alles komt terug!