We weten allemaal dat Gen-Y een probleem heeft en het is dat onze smartphones wel permanent aan onze vingertoppen lijken vastgelijmd te zijn.
We voelen ons naakt en hulpeloos zonder onze mobiele service en we betalen ongelooflijke bedragen voor ons maandelijks abonnement en zelfs op reis betalen we gewillig roamingkosten omdat we ons niet willen loskoppelen van onze smartphone.
En als een nieuwsfeit niet op Instagram of Twitter staat dan is het waarschijnlijk niet gebeurd.
Onze obsessie over onze smartphones loopt uit de hand. In 2011 gebruikte 1 Belg op 5 een smartphone. Dat zou nu al meer dan de helft van de Belgische bevolking moeten zijn als we de trend uit Amerika volgen. Volgens Psychology Today gebruikt immers 56% van de Amerikanen een smartphone en zijn ze er helemaal aan verslaafd.
Daarom zetten we 15 feiten op een rij en als je jezelf er in herkent, dan moet je misschien eens overwegen om je smartphone thuis te laten voor een dag.
1. In de douche en de slaapkamer
We gebruiken onze smartphones op de raarste momenten en raarste plaatsen. Volgens Jumio gebruikte 9% van de Amerikanen al een smartphone tijdens de seks.
Volgens dezelfde studie die vorig jaar werd uitgevoerd, zou 12% van de Amerikanen ook hun smartphone gebruiken in de douche.
2. Telefoonverslaving is een echte ziekte.
Verslaafd zijn aan je smartphone is nu een officieel erkende ziekte en kreeg een eigen naam. Als je vreest voor een gebrek aan toegang tot technologie dan lijdt je aan nomophobia. Ondertussen bestaan er al behandelingscentra in California en Groot-Brittannië tegen deze ziekte.
3. De smartphone maakt je gek.
Uit een studie van de Indiana University bleek dat 89% van de studenten wel eens last had van fantoom trillingen. Ze denken dus dat ze een bericht kregen en voelden hun telefoon trillen, maar eigenlijk trilde die helemaal niet. Wanneer je telefoon knoeit met je geest en gevoelens, dan weet je dat je hopeloos verslaafd bent.
4. Het is een soort van de vervanging van je vriendje.
Volgens TIME slaapt 80% van de Amerikanen tussen de 18 en 24 jaar met hun smartphones naast hen, zodat ze hem gemakkelijk kunnen gebruiken mocht het nodig zijn. Als jouw smartphone het enige is dat je gezelschap houdt in bed, dan is het misschien tijd om wat meer uit te gaan.
5. Hij verpest je werk en relatie.
Psycholoog David Sheffield kon uit een studie besluiten dat 7% van de smartphones gebruikers een relatie op de klippen zag lopen of een ontslag hadden meegemaakt door hun smartphone. Het verpest dus niet alleen je sociale leven maar ook je carrière en relatie.
6. Een smartphone is belangrijker dan een eigen toilet.
Het is meer een prioriteit geworden dan de meest fundamentele levensvoorzieningen. Ongeveer 6 miljard van de 7 miljard mensen op onze aardbol zijn in het bezit van een smartphone. Volgens de VN heeft slecht 4.5 miljard een eigen toilet. Bovendien hebben meer mensen toegang tot een smartphone dan tot stromend water. Hier is dus zeker iets serieus fout gegaan.
7. Je bent angstig en nerveus zonder telefoon.
Een op de vijf schoolkinderen in Zuid-Korea ervaren angst, depressie en slapeloosheid wanneer ze gescheiden zijn van hun telefoon. De regering steekt nu veel tijd en geld in een project om kinderen te leren omgaan met hun smartphoneverslaving en de negatieve bijwerkingen ervan.
8. Je vergeet je sociale vaardigheden.
Diezelfde mensen in Zuid-Korea verliezen hun sociale vaardigheden door hun smartphone. Kinderen hebben meer en meer moeite om gezichtsuitdrukkingen en intonatie te interpreteren. Misschien moeten we dus stoppen met het sturen van emoticons naar elkaar en elkaar in het echt wat meer ontmoeten.
9. Jouw smartphone-verslaving is dodelijk.
21% van de dodelijke auto-ongelukken kon direct geweten worden aan onverantwoord gebruik van de smartphone tijdens het autorijden. Een sms verzenden terwijl je rijdt, verhoogt je kans met 23% om te crashen. Geen enkele sms kan dat risico waard zijn.
10. Je smartphone maakt een slecht persoon van je.
Ouders die veel met hun smartphone bezig zijn en uren naar het schermpje staren, hebben meer kans om te schreeuwen tegen hun kinderen. Dat blijkt uit een rapport van Pediatrics. De kinderen reageren natuurlijk negatief op het geschreeuw en vervolgens ontstaat er een klinkende ruzie, terwijl die tijd ook gebruikt kon worden om naar elkaar toe te groeien.
11. De cijfers zijn onthutsend.
Uit gegevens die verzameld werden door de Screenlock app, blijkt dat een gemiddelde persoon zijn of haar telefoon gemiddeld 110 ontgrendelt per dag. Sommige mensen werpen zelfs 900 keer per dag een blik op hun smartphone. Dat klinkt als dwangmatig gedrag en als we iets anders 110 keer per dag deden, dan zouden ze ons naar het ziekenhuis sturen.
12. Je telefoon is walgelijk vies.
Mocht je openbare toiletten vies vinden, weet dan dat je smartphone 18 keer vuiler is dan de gemiddelde openbare wc. Je smartphone komt in contact met al wat je per dag doet.
En hoe meer je het gebruikt, hoe erger het wordt. Overigens, wanneer heb je jouw smartphone de laatste keer schoongemaakt? Kun je zo'n ding überhaupt schoonmaken?
13. Je kan er ook echt heel ziek van worden.
We vertellen het je niet voor ons plezier, maar al die uren die je spendeert met chatten via je smartphone terwijl je in bad ligt of naar je werk wandelt, zijn echt heel slecht voor je. Voor elke 100 uur die je spendeert met je smartphone, verhoogt het risico op hersenkanker met 5%. Probeer gesprekken dus kort te houden en hou de lange verhalen voor wanneer je elkaar in het echt ontmoet.
14. Jouw telefoon-obsessie heeft persoonlijke hygiëne vervangen.
40% van de mensen heeft aangegeven dat ze liever een week hun tanden niet poetsen dan dat ze hun telefoon dezelfde periode moeten missen. Daar moet geen tekening meer bij gemaakt worden, denken we.
15. Ironisch genoeg kan een app je helpen.
Er is een iPhone app ontworpen om je te helpen met je smartphone-verslaving. De app berekent hoeveel tijd je per dag spendeert met het ding in je handen. Daarna stelt u gewoon een limiet in en de app zal je herinneren aan die grens als je die bijna bereikt hebt.
Smartphones zijn zo goed als onmisbaar geworden in onze samenleving, maar zoals met alles moet je er niet mee overdrijven.