Wallonië heeft beslist om geen exportvergunning meer af te leveren voor de verkoop van wapens aan de luchtmacht van Saoedi-Arabië. Dat schrijft L'Echo. De totale Waalse wapenverkoop aan het buitenland was in 2018 goed voor 950 miljoen euro, goed voor een stijging met 37 procent op een jaar tijd. Van dat bedrag ging 225 miljoen euro naar Saoedi-Arabië - in 2017 was dat 153 miljoen euro en in 2016 maar 33,5 miljoen euro. Het gaat om wapens van bedrijven als John Cockerill (het vroegere CMI) en FN Herstal, de wapenfabrikant in handen van het Waals gewest.
De Europese Unie blijft de belangrijkste markt voor de Waalse wapenbedrijven. Maar Saoedi-Arabië is inmiddels de belangrijkste klant, ondanks de vele kritiek van mensenrechtenorganisaties op het beleid van het Saoedische regime en de militaire interventie, met veel luchtbombardementen, in het verscheurde buurland Jemen.
Het kabinet van Waals minister-president Elio Di Rupo laat nu aan de krant weten dat na consultaties en een grondige analyse van verschillende exportaanvragen, de minister-president twee beslissingen genomen heeft over vergunningen voor Saoedi-Arabië. "Wat de luchtmacht van het Saoedische ministerie van Defensie betreft, werd beslist om geen vergunningen toe te kennen." En Di Rupo geeft aan dat hij "weigert enige vergunning toe te kennen aan het Saoedische ministerie van Defensie", omwille van het "Jemenitische drama".
Desondanks heeft Wallonië een resem vergunningen goedgekeurd. Voor de verkoop van wapens aan de koninklijke garde en de nationale garde zijn er "onvoldoende elementen om een exportlicentie te weigeren". De wapens dienen enkel voor de bescherming van de koninklijke familie en religieuze sites of voor binnenlands gebruik. Die wapens zijn niet voor gebruik in Jemen, stelt de minister-president. In zijn antwoord aan de krant wijst hij op een "evenwicht tussen het humanitaire aspect en het gewicht van de tewerkstelling in de Waalse wapenindustrie".
bron: Belga