Al sinds de jaren 70 hebben psychologen vastgesteld dat mensen uit allerlei culturen en werelddelen dezelfde keuze maken als hen gevraagd wordt wat hun lievelingskleur en -cijfer is. Welke dat dan precies zijn? Blauw en zeven. Hoewel daar nog geen precieze verklaring voor is, spreekt men in de psychologie wel van het 'blauw-zeven fenomeen'.
Op de tweede plaats staat bijna altijd rood, behalve in Oost-Azië, want daar is wit over het algemeen de tweede keuze. Als mensen niet voor zeven kiezen als lievelingsnummer, dan gaat hun voorkeur meestal naar een ander oneven cijfer, zoals één, drie of vijf.
Een mogelijke verklaring voor het fenomeen wordt voorgesteld in een studie uit 2015 van psycholoog Miho Saito. Volgens hem is zeven wereldwijd zo populair omdat het cijfer in veel culturen het geluksgetal is. Blauw is dan weer een kleur die erg neutraal oogt, en geen taboe uistraalt. Onduidelijk blijft of de keuze een cultureel verschijnsel is of eerder een gevolg van de manier waarop onze hersenen werken.
Saito schrijft dat mensen hun favoriete kleur en nummer vaak uitleggen in termen als 'aangenaam', 'mooi' en 'helder'. Ze hebben ook de neiging om er een specifieke betekenis aan te geven. Mannen die voor nummer één kiezen, bijvoorbeeld, verklaren dat ze graag de nummer één zijn. Wit wordt dan weer geassocieerd met puurheid.