Ook de uittredingsvergoeding van Kamerleden en senatoren wordt beperkt tot 150 procent van het salaris van een parlementslid. Dat staat in een wetsvoorstel dat dinsdag unaniem groen licht kreeg in de Kamercommissie Grondwet en Politieke Vernieuwing. Enkel PVDA onthield zich.
Vandaag kan de uittredingsvergoeding die een gewezen parlementslid krijgt van Kamer of Senaat zonder beperking gecumuleerd worden, onder meer met inkomsten van andere openbare mandaten. Een Kamerlid of senator die nog een ander mandaat bekleedt - vaak burgemeester of schepen -, ziet zijn inkomen beperkt tot 150 procent van het salaris van een kamerlid.
Een wetsvoorstel van Kamervoorzitter Patrick Dewael (Open Vld) voert dezelfde beperking in voor uittredingsvergoedingen. Daarmee wordt een "anomalie" technisch gecorrigeerd, merken meerdere volksvertegenwoordigers op.
PVDA wilde evenwel veel verder gaan. De partij diende verschillende voorstellen in waarin onder meer de uittredingsvergoeding geschrapt werd en de parlementsleden hetzelfde regime als werknemers oplegde. Volgens Raoul Hedebouw gaat het argument niet op dat de uittredende parlementsleden moeten kunnen rekenen op een inkomen in afwachting van een nieuwe job. De grote meerderheid kan immers terugvallen op een andere politiek mandaat. Zo becijferde de partij dat van de 74 Kamerleden die hun zetel op 26 mei verloren er vandaag nog maar 8 geen nieuwe job hebben. De verschillende fracties toonden zich bereid tot een reflectie over de modernisering van het statuut van parlementslid.
bron: Belga