Dag Birsen en Pieterjan. De nieuwe EP werd Symbiosis' gedoopt. Wat is het verhaal achter het werk?
Birsen Uçar: «In de biologie staat symbiose' voor twee of meerdere organismen die in harmonie samenleven. Neem nu het voorbeeld van een paddenstoel: het deel van de paddenstoel dat onder de grond zit, de zwamvlok, leeft in symbiose met de wortels van de omringende bomen. Dat willen we vertellen. Met de grote klimaatcrisis die zich ontspint en het uitsterven van de soorten willen we de aandacht vestigen op het feit dat we allemaal in harmonie kunnen samenleven. Wat betekent het om mens te zijn op deze planeet, zonder alles kapot te maken?»
Vanwaar de keuze voor deze thematiek?
Uçar: «Het is een heet hangijzer. Ik voel dat het mijn rol is als mens in dit universum om daarover iets te maken en daarmee ook het bewustzijn bij anderen aan te wakkeren. We kunnen niet ontkennen dat het een urgent probleem is. Zelfs corona is een gevolg van habitatverlies van dieren waar we onze planeet mee delen.»
Er verschijnt ook een heruitgave van End Up' op de nieuwe EP. Die song wordt nu gebruikt in de fictiereeks Black-out' op Eén. Een serie die gesmaakt werd door het grote publiek, met gemiddeld meer dan 1,2 miljoen kijkers. Hebben jullie de vruchten kunnen plukken van die populariteit?
Pieterjan Seaux: «Ja, absoluut. We merken elke maandag dat die song meer plays heeft op de streamingplatformen. Na de eerste afleveringen stonden we zelfs een tijdje in de Shazam top 50. Mensen zitten dus blijkbaar naar een serie te kijken met de gsm bij de hand en shazammen de muziek. (lacht) Ik ben er zeker van dat we op die manier veel nieuwe zieltjes gewonnen hebben. Er is dus absoluut sprake van een black-out-effect'. En nu de reeks ook verkocht is aan het buitenland, ben ik benieuwd of we daar iets van zullen merken in de streams.»
Wordt de rest van jullie repertoire dan ook meer beluisterd, of blijft het bij dat ene lied?
Seaux: «Voorlopig wordt vooral die ene song opmerkelijk vaker beluisterd, maar we zien ook dat onze andere songs meer streams halen.»
Birsen, in een interview met De Morgen naar aanleiding van jullie optreden op Pukkelpop in 2016 liet je je ontvallen dat je «nooit dezelfde muziek met iemand anders dan PJ zou kunnen maken». Hoe zijn jullie sindsdien gegroeid als band?
Uçar: «Ik kan ondertussen ook muziek maken met andere mensen. (lacht) Maar da's niet dezelfde muziek als met PJ, zoals ik toen formuleerde. Ik heb wel geleerd dat het verrijkend is om andere mensen te betrekken bij je muziek. We zijn begonnen met twee en hebben nadien Patricia Vanneste (ex-Balthazar, nvdr.), toetsenist Joris Caluwaerts (STUFF., nvdr.) en drummer Steven Van Gelder (Tout Va Bien, nvdr.) aangetrokken: hun invloed zorgde voor een rijkere sound.»
Seaux: «Met twee is de muziek al snel intiemer en ingetogener dan bijvoorbeeld met vijf.»
Uçar: «En breekbaarder ook. Mijns inziens wordt de muziek eigenlijk alleen maar beter als je andere mensen betrekt. Maar voor deze EP hebben we net het tegenovergestelde gedaan: we hebben er met z'n tweetjes aan gewerkt, zoals in het begin.»
Foto A. Popelier
In datzelfde interview klonk het na afloop van jullie Pukkelpop-concert dat dit «nog maar het begin» was en dat jullie ambities met Hydrogen Sea «torenhoog» waren. Hebben jullie het gevoel dat jullie die ambities intussen waargemaakt hebben, of zit er nog veel meer potentieel in Hydrogen Sea?
Uçar: «Ik denk dat er nog veel meer inzit, ja. Mocht het nu al bereikt zijn, dan zou dat triestig zijn.» (lacht)
Seaux: «Ik ben heel blij met wat we nu al bereikt hebben. In 2016 lag de focus op zoveel mogelijk optreden, terwijl we nu minder de nood voelen om overal te gaan spelen.»
Ik stelde de vraag, want ik lees hier en daar dat Hydrogen Sea na het indrukwekkende debuut in 2016 wat weggedeemsterd was. Zijn jullie akkoord met die analyse?
Seaux: «Goh, we hebben vooral minder live gespeeld, en dan verliest de pers je al snel uit het oog. Vanuit ons perspectief is er niet veel veranderd: we zijn qua muziek altijd op hetzelfde niveau gebleven.»
Worden jullie als band onderschat?
Seaux: (fijntjes) «Wij hebben van niets last.» (lacht)
Met het album Automata' kende de band in 2019 een wedergeboorte. Jullie gingen van een duo naar een vijfkoppige band, zwierden de computer die elektronische klanken vervaardigde overboord en gingen analoog. Jullie werden naar eigen zeggen «slaven van onze eigen computers» en «begonnen de beperkingen van een computer aan te voelen». Heeft die ommezwaai voor het verhoopte effect gezorgd?
Uçar: «Ik vond dat echt een verademing. Daarvoor had ik het gevoel dat wij met de computer aan het meespelen waren, in plaats van dat wij de touwtjes in handen hadden op het podium. Door ons te omringen met échte mensen met wie we organisch muziek kunnen maken en dingen kunnen aftoetsen zijn we een rijkere band geworden.»
We kunnen er niet omheen: de komende maanden zullen nog gedomineerd worden door de coronacrisis. Hoe hebben jullie de voorbije maanden doorgebracht, en hoe groot is de honger om weer op te treden?
Seaux: «Tijdens de eerste lockdown waren we goed ingekapseld in ons huis, maar hebben we niet veel muziek gemaakt. Pas later, in de zomer, zijn we weer in gang geschoten. Uiteraard missen we het optreden. De voorbije zomer hadden we eventjes concerten, maar lang heeft dat niet geduurd. De onduidelijkheid van wanneer we weer zouden kunnen optreden wordt moeilijker en moeilijker om dragen. We hebben een tournee op stapel staan die als corona het toestaat in februari, maart en april loopt. Zestien concertdata, met Geike (Arnaert, nvdr.). Het is afwachten of die kunnen doorgaan. De enige hoop die ik wil uitspreken is dat de lente snel mag komen.»
Quentin Soenens
De EP Symbiosis' **** verschijnt volgende week vrijdag bij Unday Records.