Om te verhinderen dat sporen en seinhuizen worden bezet, had Infrabel opnieuw verzoekschriften ingediend. Toch liet een deel van de stakers zich niet afschrikken. In plaats van op de sporen te gaan staan, gooiden ze er vanop de perrons brandende fakkels op. Ook gebeurde in de nacht van zondag op maandag al sabotage.
«Illegaal en levensgevaarlijk», reageerde Infrabel-woordvoerder Frédéric Petit. De infrastructuurbeheerder herstelde de schade, maar zal wel klacht neerleggen tegen onbekenden. Ook de reizigersverenigingen TreinTramBus en Navetteurs.be omschreven de acties als «onaanvaardbaar».
De hinder van de staking situeerde zich vooral in Luik, Namen, Luxemburg en een deel van Waals-Brabant. In Vlaanderen was de impact minder groot, met de lijn Brussel-Leuven-Luik als voornaamste slachtoffer. Lichte hinder was er tussen Brussel en Antwerpen, Brussel en Kortrijk en op de lijn Brussel-Gent-Brugge.
Omdat het spoorverkeer voor een groot deel lam lag, beleefde het wegverkeer de vijfde zwaarste ochtendspits van het kalenderjaar. Die begon vroeger en was langer, met vooral richting Brussel een pak meer files. In Vlaanderen viel het nog best mee, maar in Wallonië waren de gevolgen des te groter. Dat kwam ook doordat sommige manifestanten de snelwegen hadden bezet.
Morgen staat de tweede van twee regionale stakingsdagen gepland. Daarmee protesteert de socialistische vakbond ACOD/CGSP opnieuw tegen de plannen van minister Jacqueline Galant (MR) voor het spoor. Opnieuw wordt vooral hinder verwacht in Wallonië, al zal de actie ook voelbaar zijn in de rest van het land, tot en met de laatste trein.