Het aantal Vlaamse leerlingen dat via het Erasmus-programma in het buitenland een opleiding volgt of een stage loopt, blijft jaar na jaar stijgen. Vorig academiejaar waren dat er 5.648, toen al een recordaantal, maar volgens voorlopige cijfers van Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) zijn er tot nu toe al meer dan 6.000 studenten ingeschreven.
Vrouwen zetten stap sneller
De meeste studenten gaan op studie-uitwisseling - bijna 4.000 in 2016-2017 - maar ook het aantal studenten dat een stage loopt in een ander EU-land stijgt elk jaar. Erasmus is nog altijd populairder bij vrouwen (62,6%) dan bij mannen (37,4%). De universiteiten nemen de meeste uitwisselingen voor hun rekening (53,9%), maar de hogescholen rukken op met een groei van 13% in drie jaar.
De hitparade van de populaire bestemmingen blijft de laatste drie jaar ongeveer gelijk. Bovenaan staat Spanje, gevolgd door Frankrijk. Nederland is vooral een gewenste bestemming voor stages. Duitsland en het Verenigd Koninkrijk vervolledigen de top vijf.
Onderwijsminister Crevits gelooft in de kracht van het Erasmus-programma. "Die buitenlandse ervaring geeft ieder jaar aan duizenden studenten belangrijke troeven voor de arbeidsmarkt en voor hun persoonlijke ontwikkeling", klinkt het. De minister wil het programma ook openstellen voor jongeren met een leercontract.