Er zijn al vaker sporen van granen gevonden in archeologische vindplaatsen, maar nog nooit zaten ze in zo'n doosje van 20cm. Het ding is zo'n 4.000 jaar oud en werd gevonden op de Lötschenpass.
"Dit werpt een nieuw licht op het leven in de prehistorische Alpengemeenschappen", zegt de archeoloog Francesco Carrer van Newcastle University. "Mensen namen zulke voorraden mee voor onderweg wanneer ze de bergen overstaken, zoals hikers ook vandaag doen. Dankzij ons onderzoek zullen we te weten komen wat voor eten zij gebruikten."
Bovendien werden de graanresten ontdekt met een nieuwe methode. Via gaschromatografie werden alkylresorcinol-moleculen gevonden, die terug te vinden zijn in veel graansoorten. Die methode zou nu ook gebruikt kunnen worden om op zoek te gaan naar graanresten elders en zo te leren over de beginperiode van de landbouw.