De verdwaalde piloot steeg vorig jaar in maart op in Sydney, met als bestemming Kuala Lumpur in het noordwesten. In plaats van de hoofdstad van Maleisië, landde het vliegtuig enkele uren later in Melbourne, ten zuidoosten van Sydney. Een hele reeks foutjes liggen aan de basis van deze dwaling, die verklaard worden in een recent onderzoek van het Asutralian Transport Safety Bureau (ATSB).
Omdat de oorbescherming van de kapitein kapot was, wisselden hij en zo copiloot de taken voor het vertrek. Zo gaf de kapitein de coördinaten in voor vertrek. Daarbij maakte hij echter een foutje, waardoor het navigatiesysteem 11.000 kilometer uit koers was. Volgens het ATSB had dat niet alleen een negatief effect op de navigatie, maar ook op een aantal foutmeldingen.
Zo kreeg het cabinepersoneel meerdere foutmeldingen gekregen, maar daar niets mee gedaan. Eentje was volgens de copiloot te snel om te kunnen verstaan, terwijl een ander alarm afging omdat ze op het punt zouden staan iets te raken. Omdat ze aan het opstijgen waren op een schijnbaar lege startbaan, negeerden de piloten het bericht.
Pas wanneer het vliegtuig in autopiloot begon af te buigen in de vliegroute van een andere startbaan, begonnen de piloten zich zorgen te maken. Toen waren ze al aan het vliegen. Pogingen om de situatie recht te zetten, verergerden de foutjes in het navigatiesysteem.
Opnieuw landen in Sydney was enkel mogelijk met een visual approach, waarbij geland wordt zonder hulp van de navigatiesystemen. Omdat het weer en de zichtbaarheid drastisch verergerd waren in Sydney, kregen de piloten het advies om naar Melbourne te vliegen. Na drie uur aan de grond om de fouten recht te zetten, kon de vlucht eindelijk vertrekken richting Kuala Lumpur.
Foto AFP / M. Rasfan