Er was ook geen enkele link naar Abdeslam of Abid Aberkane in de info waarover sprake is in verschillende media vanochtend. De enige informatie waarover de Mechelse politie beschikte was dat er mogelijk een derde persoon aan het radicaliseren was die gelinkt kon worden aan het adres in de Vierwindenstraat (in Sint-Jans-Molenbeek) en die mogelijk in een ver verleden contact heeft gehad met de broers Abdeslam.
De cel radicalisering van de politie stelde zich op 11 december 2015 de vraag wat ze met die info moest doen en er werd beslist alle info over te maken aan het Antwerpse parket en de federale politie Antwerpen. Dit gebeurde op 17 december, en op 30 december ontving de korpsleiding het bericht dat ze intern moest oordelen hoe, in welke vorm en met welke spelregels deze info werd overgemaakt. Hoewel er onduidelijkheden bleven bestaan besloot de korpschef toch de info door te spelen aan de Algemene Nationale Gegevensbank, en dit op 31 december 2015. Volgens de korpschef werd toen intern een fout gemaakt, want de info werd nooit doorgegeven aan de ANG.
Inmiddels is een onderzoek gestart bij het Comité P en beloofde de korpschef zijn volledige en transparante medewerking. "Ik herhaal dat er geen enkele aanwijzing was dat wij cruciale informatie hadden en dat er dus zeker niet bewust informatie werd achtergehouden", aldus Bogaerts. "Ik behoud het vertrouwen in mijn medewerkers en betreur dat de cel radicalisering van ons korps door deze berichtgeving foutief en negatief in beeld kwam".