Een onzekere toekomst en een gevoel van machteloosheid leiden ertoe dat steeds meer managers en experts vertrekken bij De Lijn. "Een zinkend schip moet je verlaten", klinkt het ongerust, zo schrijven De Standaard, Het Nieuwsblad, Gazet van Antwerpen en het Belang van Limburg vandaag. Verliet in 2018 maandelijks ongeveer één manager De Lijn, dan is dat verloop sinds januari opgelopen tot wel vijf directeurs en afdelingshoofden - op in totaal zowat vijftig mensen. "De druk van bovenaf om alles beter te doen, was groot. Maar door aanhoudende besparingen waren er geen middelen om dat ook te realiseren", zegt een voormalige manager, die na twintig jaar dienst zopas de deur achter zich dichttrok. De vrouw is geen uitzondering, aldus de krant die met zeven voormalige experts, managers en directeurs sprak die het vervoersbedrijf het afgelopen jaar verlaten hebben.
Een en ander kadert in de reorganisatie die De Lijn doorvoerde. Maar er is meer. De onzekerheid over de toekomst van De Lijn, gevoed door tien jaar van besparingen en een nakende vergelijking met de private sector, dreef velen richting uitgang.
Roger Kesteloot, de directeur-generaal van De Lijn, wil niet van een braindrain spreken, maar erkent dat "onzekerheid over de toekomst van hoog tot laag binnen het bedrijf" een impact heeft. "Ik probeer de regering al lang duidelijk te maken dat er zo snel mogelijk duidelijkheid moet komen", luidt het.
Volgens betrokkenen is door die afvloeiingen bij het bedrijf veel expertise verloren gegaan. "Er vallen constant lacunes: projecten waar mensen jarenlang aan gewerkt hebben, worden door iemand zonder ervaring overgenomen", zegt een manager die nog in dienst is.
bron: Belga