Het is dit jaar iets duurder om een student op kot te sturen dan in 2016. Toen kostte een kotstudent zonder recht op een beurs 12.334 euro, nu is dat 12.425 euro, berekende het CEBUD, het Centrum voor Budgetadvies en -onderzoek van de Thomas More-hogeschool. Een jongvolwassene die pendelt, heeft 8.076 euro nodig tegenover 7.956 euro vorig jaar.
Trein bespaart je geld
Het verschil in prijs is grotendeels te wijten aan de huisvesting. Een kotstudent betaalt daarvoor 4.067 euro per jaar extra. De gemiddelde maandprijs voor een privé-kamer met een lavabo met warm en koud water bedraagt 332 euro.
Een pendelstudent die met de eigen wagen naar de hogeschool of universiteit rijdt, jaagt de rekening logischerwijs de hoogte in. De kosten voor een compacte tweedehandse wagen met benzinemotor waarmee 10.000 km per jaar wordt afgelegd, bedragen zo'n 3.150 euro. Een treinabonnement voor de gemiddeld door Vlaamse pendelstudenten afgelegde afstand van 26 km kost jaarlijks 187 euro. Wie een Buzzy Pazz van De Lijn neemt, telt 204 euro per jaar neer.
Die durums betalen zichzelf niet
De leefkosten voor beide types van studenten - dat zijn de kosten voor onder meer voeding, kleding, gezondheid en ontspanning - lopen zo goed als gelijk. Minimaal 6.512 euro voor een kotstudent, 6.229 euro voor een pendelstudent. Het verschil situeert zich in de voeding. Kotstudenten hebben iets meer nodig om op weekdagen zelf hun potje te koken en tijdens de blok- en de examenperiode in het studentenrestaurant te kunnen gaan eten. Dat kost hen minimaal 5,90 euro per dag. Een pendelstudent betaalt dagelijks 5,30 euro.