Voor hij de totale voorraad aan illegaal ivoor in lichterlaaie zette in het Nairobi National Park, stelde de president van Kenia, Uhuru Kenyatta, dat «niemand zich mag inlaten met ivoorhandel, want deze zaken betekenen het einde voor onze olifanten en het einde van ons natuurlijk erfgoed». «De hoogte van deze stapel ivoor staat symbool voor onze vastberadenheid», aldus Kenyatta.
Liters benzine
In totaal gaat het om 105 ton ivoor, omgerekend de slagtanden van ongeveer 6.700 olifanten, en 1,5 ton hoorn. Het was de grootste brandstapel van ivoor ooit vertoond. Door het noodweer van de afgelopen dagen werden tienduizenden liters benzine gebruikt om het natte ivoor in brand te zetten. De verbranding, die dagen in beslag zal nemen, volgt op het einde van een tweedaagse conferentie over de bescherming van wilde dieren in Afrika.
Verbod
Volgens de organisatie African Wildlife Foundation (AWF) werden vorig jaar ongeveer 35.000 olifanten op het Afrikaans continent afgeslacht door stropers. Nochtans is de handel in ivoor sinds 1989 verboden. Natuuractivisten vrezen dan ook dat de olifant in Afrika over enkele generaties zal verdwijnen als de stroperij in het huidige tempo doorgaat. Al heeft het engagement van Kenia de voorbije jaren al vruchten afgeworpen. Zo werden volgens de Keniaanse instantie voor natuurbehoud (KWS) in 2012 nog 384 olifanten in Kenia gedood door illegale jacht, vorig jaar waren het er nog 96.
Kilo goud
Voornamelijk China is een belangrijke afzetmarkt voor criminele organisaties die ivoor verhandelen. De meeste hoorns van neushoorns eindigen in Vietnam, waar een kilo hoorn op de zwarte markt meer waard is dan een kilo goud.
Foto AFP / C. De Souza