Jan Leyers: «Dit is geen feestplaat»

Jan Leyers: «Dit is geen feestplaat»

«Ik heb gewoon zijn goede raad opgevolgd. Lennon zei ooit dat songschrijven niet zo moeilijk is. Je moet gewoon zeggen wat je denkt of meent, zorgen dat het rijmt en er een beat onder zetten. Nu heb ik me eerder op het pad van de singer-songwriter begeven en minder nadruk op de beat gelegd. ‘Helder' is een emotionele stand van zaken geworden die een Nederlandstalige aanpak nodig had. Ik vergelijk in het Engels zingen met voetballen op de speelplaats toen ik nog een kind was en de ene Van Himst was en een andere Van Moer. Je speelde een spel, een rol. Om echt iets te zeggen dat er toe doet, wilde ik me niet verschuilen achter een andere taal. Soulsister had een ander uitgangspunt. We wilden de wereld platspelen en swingen. Zo simpel was het.»

Is dit een veel kwetsbaarder gegeven?

«Eigenlijk is dit gewoon een andere versie van mezelf, niet beter of slechter. (lachend) Je moet de keuken af en toe eens herschilderen waardoor de gerechten weer iets beter smaken. Of je bovenkamer eens verluchten.»

Was je onzekerder toen je in het Nederlands begon te schrijven, omdat alle taalmaskers afvallen?

«Niet meteen bij het schrijven. Al was ik me wel bewust van de directheid en de eerlijkheid. Ik voelde eerder een gêne toen ik ze aan mijn eerste klankborden liet horen. Ik schrok er toen ook van hoe donker ze klinkt. Het is beslist geen feestplaat.»

Klopt, al vind ik het toch een hoopvol album.

«Dat zeg ik ook tegen de mensen. Ik heb trouwens veel nummers in het Nederlands geschreven voor andere mensen. Voor Clouseau of Bart Peeters maar eens het voor jezelf is, schijnt er toch een ander licht op wat je doet. En ik wilde ook zeker geen dagboekplaat maken. Een liedje moet ook klinken zonder dat je de tekst begrijpt. ‘Ik zag twee beren broodjes smeren' bijvoorbeeld. Niemand staat er bij stil wat het echt wil zeggen. Je kan een diepere betekenis gaan zoeken of het gewoon zingen en het blijft overeind. Vandaar dat de eerste laag van de songs een goed gevoel moet geven. Wat er achter de muziek en de tekst schuilt, kan je na meerdere luisterbeurten wel ontdekken. Denk aan ‘Tears Of A Clown'. Tof liedje denk je in het begin en je fluit de melodie lustig mee. Tot je bij de tekst stilstaat en de tragedie erachter ontdekt. Op zo'n moment werkt je verbeelding en krijgt een song een andere dimensie.»

‘Helder' wil als tekstplaat ook wel wat troost bieden, niet?

«Zeker. De plaat is 's nachts geschreven vanuit het standpunt van een nachtelijke mens. Ik stel me vaak een donkere troonzaal in een kasteel voor met een haardvuur en overal schimmen. Zoals in ‘Ridder met rugpijn'. In mijn verbeelding ben ik een soort minnestreel die van dorp naar dorp trekt en zijn liedjes brengt, alleen is dit een meer moderne versie. Ik maak geen liedjes voor een groot voetbalstadion. Dat is voor ‘Born in the USA'. Ik verkies op dit moment het haardvuur en hoop dat de liedjes de mensen pakken.»

Je hebt ze eerst in je eentje uitgeprobeerd voor een levend publiek.

«Klopt. Lekker old school en helemaal het beeld dat ik wil benaderen, dat van een man en een gitaar. Ik herinner me nog goed een concert van John Cale in de aula van de RUCA. Hij in zijn grijze overall aan de piano of met een gitaar. Bijzonder intens en een iconisch concert dat me beïnvloed heeft als muzikant. En dan heb je naast The Kinks of Eric Clapton natuurlijk The Beatles.»

Wat staat er de komende weken voor jou op het programma?

«Ik doe samen met Tom Vanstiphout de theatertournee rond ‘Helder' en kijk daar naar uit. De mensen kennen de plaat ondertussen. Toen ik die achttien nummers voor het eerst live bracht, was dat toch een flinke boterham voor het publiek. Twee keer drie kwartier enkel een man met gitaar die alleen maar nieuwe songs speelde. Niet evident maar het viel zeer goed mee. Ik hou van optreden en zeker wanneer het publiek volgt. Het is het enige moment dat alles om je heen wegvalt en de wereld verdwijnt. Dichter bij een alles vervullend gevoel kom je niet.»

Dirk Fryns

Live te zien op 30/9 in Strombeek-Bever.