Op 3 april verandert de Gentse binnenstad in een autovrije zone. Als alternatief voor de vierwielers, wilde het stadsbestuur drie elektrisch geladen busjes inzetten. Die zouden vaste trajecten afleggen en mensen gratis meenemen. Gent legde het voorstel voor aan De Lijn, maar de vervoersmaatschappij kon niet voldoen aan de vraag. Daarop tastte de stad dan maar in de eigen portemonnee.
Het stadsbestuur zocht en vond een aanbieder van busjes en draait zelf op voor de exploitatiekosten en de betaling van het nodige personeel. De stad trekt daar jaarlijks meer dan 500.000 euro voor uit. "Een zware uitgave", zegt schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw (Groen) in De Standaard. "En logisch is dit natuurlijk niet. Maar wij hebben radicaal gekozen voor duurzame mobiliteit. Het is heel erg jammer dat De Lijn daar niet in kan meegaan."
Omdat De Lijn in Vlaanderen het monopolie heeft op de organisatie van het openbaar vervoer, kreeg het nochtans als eerste de vraag of het de exploitatie van de bussen voor haar rekening wilde nemen. "Maar wij beschikken momenteel niet over elektrische voertuigen in Oost-Vlaanderen", zegt Davy Van Swael, woordvoerder bij De Lijn. "We zouden ze moeten aankopen. Die procedure neemt minstens twaalf tot achttien maanden in beslag. De deadline, begin april, was voor ons onhaalbaar."
De Lijn benadrukt dat "dit specifieke geval niet veralgemeend mag worden". "Bovendien bedienen wij de zone ook met vier reguliere buslijnen. Samen met de stad Gent zoeken wij naar een oplossing zodat de busjes niet botsen met ons monopolie op het stads- en streekvervoer in Vlaanderen."