De Fietsersbond pleit er voor om een algemeen richtkader uit te werken, zodat alle gemeenten en wegbeheerders op routes die speedpedelec-rijders gebruiken eenduidig zijn en er een logica is waar wel en waar niet mag gefietst worden. De Fietsersbond werkt samen met Fietsberaad Vlaanderen aan zo'n richtlijn die er tegen het einde van het jaar moet zijn, om die duidelijkheid en uniformiteit te geven. Dat zegt Wies Callens, woordvoerder van de Fietsersbond. Een reportage dinsdag van vrt nws toont de heersende verwarring over de plaats waar snelle elektrische fietsers (met motorondersteuning tot 45 km/u) nu wel moeten rijden: op het fietspad of op de rijbaan. Het verkeersreglement beschouwt een speedpedelec als een bromfiets klasse B, voorzien van een nummerplaat en de gebruiker heeft een helm en rijbewijs nodig.
"In de wegcode is er nu al duidelijkheid: binnen de bebouwde kom kan de speedpedelec kiezen, in een snelheidsregime boven 50 km/u moet de speedpedelec op het fietspad. Het probleem is dat op bepaalde plekken een fietspad aangeduid wordt met een D9 of D10 verkeersbord. Dat gaat over gemengd fiets- en voetgangersverkeer en daar wil de wegcode geen bromfietsers op", schetst Wies Callens.
Dat leidt tot heel wat ongemakkelijke situaties omdat op een traject van een speedpedelec er vaak een moment is waarop de speedpedelec niet op het fietspad mag en er iets verder wel weer op mag. "Onveilig in ieder geval, vooral omdat gemotoriseerd vervoer het niet altijd kan inschatten waarom die 'fiets' plots niet op het fietspad rijdt", zegt Wies Callens.
Voor de Fietsersbond moet er een eenheid komen en een aanbeveling onder de verschillende wegbeheerders (steden en gemeenten, Agentschap Wegen en Verkeer maar ook de Vlaamse Waterweg) om ervoor te zorgen dat er uniformiteit is waar een speedpedelec kan rijden en waar niet.
bron: Belga