Een coalitie van Europarlementsleden uit verschillende politieke partijen had een resolutie op de agenda gezet. Ze drongen erop aan dat de Commissie de richtlijn over de zomertijd zou aanpassen en een einde zou maken aan de halfjaarlijkse uurwijziging, die een negatieve impact zou hebben op de volksgezondheid, de verkeersveiligheid en de economie.
Voorbijgestoken door ledlamp
"De kwetsbaren in onze samenleving, zoals kinderen, ouderen en mensen met gezondheidsproblemen, ondervinden heel wat last door de verstoring van hun bioritme", zei Mark Demesmaeker (N-VA). De uurwisseling is volgens hem onnodig, want onder meer door de intrede van de ledlamp levert ze nauwelijks de gewenste energiebesparingen op. Tom Vandenkendelaere (CD&V) merkt ook aanzienlijke gevolgen voor de landbouw. "De melkveesector spreekt van een omzetverlies van 10% door verminderde melkproductie."
Voor Hilde Vautmans (Open Vld) mag alles dan weer blijven zoals het is. "De ongemakken wegen niet op tegen de voordelen. Het zomeruur behouden betekent gedurende zeven maanden een uur langer zonlicht, fijne zomeravonden, terrasjes,... dat is levenskwaliteit."
Uiteindelijk werd er bij de stemming geen meerderheid gevonden voor de afschaffing. Wel vraagt het Parlement aan de Europese Commissie een grondig onderzoek naar de voor- en nadelen van zomer- en winteruur. Volgens Ivo Belet (CD&V) mag er pas beslist worden wanneer de gevolgen in de hele Europese Unie duidelijk zijn. "Sommige landen willen geen zomeruur meer, andere willen het zomeruur het hele jaar door. We moeten ons niet in de chaos storten", meent Belet, die tevreden is dat de silent majority' in het halfrond aan het langste eind trok. "De kwestie is ook niet hoogdringend. Er is hier genoeg werk op de plank."