Van de binnenlandse treinen in België is in oktober 92,1 procent met minder dan 6 minuten vertraging aangekomen in het eindstation. In diezelfde maand werden in totaal 1.919 treinen deels of volledig afgeschaft. Dat blijkt uit cijfers van Infrabel.
De stiptheid van de treinen is in oktober 2020 gestegen tot 92,1 procent ten opzichte van 88.6 procent in oktober vorig jaar. Als de trein door de Brusselse Noord-Zuidverbinding rijdt, wordt de stiptheid gemeten in het eerste station van het traject. In de weekends en de daluren rijdt 92,9 procent op tijd, in de ochtendspits 90,2 en in de avondspits 90,5.
In oktober werden 1.919 binnenlandse treinen deels of volledig afgeschaft. Dat is 1,7 procent van het totaal. In oktober 2019 was dat nog 2 procent. De afgeschafte treinen worden niet meegeteld in de globale stiptheidscijfers. Door de coronapandemie nemen minder mensen het openbaar vervoer, wat alles iets vlotter doet verlopen.
Schuld van NMBS of Infrabel?
Wat de vertragingen betreft, is 32,5 procent toe te wijzen aan de NMBS, door onder meer schade aan treinmaterieel of technische defecten, 33,9 procent aan derden, door onder meer spoorlopen en persoonsongevallen en 25,8 procent aan Infrabel. "Problemen met bovenleidingen, wissels en seininrichting vormen voor Infrabel de top drie oorzaken voor vertragingen en afschaffingen", zegt woordvoerder Thomas Baeken. "Het belangrijkste incident in oktober was een probleem met de bovenleiding in Louvain-la-Neuve. Dat leidde tot 11.278 minuten vertraging en 68 deels of volledig afgeschafte treinen."