BIZAR. Hier gaven we ons geld aan uit tijdens de coronapandemie

BIZAR. Hier gaven we ons geld aan uit tijdens de coronapandemie
Foto Unsplash

Om de twee jaar levert Statbel cijfers over wat wij doen met ons geld. Uit de cijfers voor het coronajaar 2020 blijkt dat ons uitgavenpatroon ingrijpend is veranderd in vergelijking met het ‘gewone’ jaar 2018 en de jaren daarvoor.

De kosten die met wonen te maken hebben, stegen van gemiddeld 10.837 euro in 2018 naar 11.347 euro in 2020, een klim van 4,7 procent over twee jaar. Dat is iets meer dan de stijging van 4,2 procent die tussen 2016 en 2018 werd genoteerd. En nog belangrijker, het cijfer ligt drie keer zo hoog als de inflatie, de algemene prijsstijging die over 2019 en 2020 1,6 procent bedroeg. Met andere woorden: onze woonkosten stegen veel meer dan de rest.

Ook op andere vlakken zijn er grote verschuivingen in het bestedingspatroon tijdens het coronajaar 2020. Neem de tweede belangrijkste brok uitgaven: die voor voeding en niet-alcoholische dranken, goed voor 14 procent van onze bestedingen. We gaven in 2020 gemiddeld per huishouden zo’n 5.600 euro uit voor de aankoop van voedingsproducten en niet-alcoholische dranken, een stijging met liefst 12 procent tegenover 2018. Zo gaven we 12 procent meer uit voor vlees, 15 procent meer voor vis en schaaldieren, 23 procent meer voor koffie, 26 procent meer voor groenten. Kortom, voeding en dranken namen in 2020 een flink grotere hap uit ons budget.

Horeca

Tegelijk konden we minder naar restaurants en cafés, die lange periodes gesloten waren of aan strenge coronavoorwaarden moesten voldoen. Terwijl een huishouden in 2018 nog gemiddeld 2.350 euro achterliet in restaurants en andere horecazaken, was dat in 2020 nog maar 1.550 euro, een daling met een derde. We spendeerden veel meer in afhaalrestaurants of aan maaltijden die thuis werden geleverd: een huishouden gaf er in 2020 gemiddeld iets meer dan 200 euro aan uit. Dat is meer dan een verdrievoudiging in vergelijking met twee jaar eerder.

Terwijl we minder op café konden en gingen, stegen onze aankopen van alcoholische dranken gemiddeld met 10 procent, richting 600 euro per huishouden. We gaven vorig jaar 7 procent meer uit aan wijn, 13 procent meer aan bier, 18 procent meer aan likeur en sterke drank en zelfs drie keer zoveel als in 2018 aan softdrinks met alcohol.

Heel opvallend is dat we veel minder geld uitgaven aan kleding: slechts 900 euro per huishouden, een daling met bijna 30 procent. Aan mannenkleding werd pakweg 230 euro besteed, zowat 30 procent minder dan twee jaar eerder. Aan vrouwenkleding werd bijna dubbel zoveel uitgegeven als aan mannenkleding, iets meer dan 450 euro. Maar ook dat is een daling in vergelijking met 2018, zelfs met bijna 35 procent.