Het 17-jarige gezicht van de klimaatmarsen schrijft de opvallende woorden neer in de rubriek Dagboek van een klimaatactivist' in Humo. Zo valt er te lezen dat ze onlangs met tegenzin weer aan haar eerste normale schooldag begon. Eerlijk? Ik word er een beetje depressief van. Ik ben met zoveel belangrijke dingen bezig buiten school. De ene week zit ik in het Europees Parlement in Straatsburg en ontmoet ik de ene na de andere minister, de volgende zit ik opeens weer hier, in mijn lesje wiskunde. Dit voelt zo raar en out of proportion, klinkt het.
Onverschillige klasgenoten
Pijnlijker wordt het als De Wever het heeft over haar klasgenoten, die niet bepaald naar haar opkijken. Maar dat laat ze niet aan haar hart komen. Op school zijn de leerkrachten geweldig: ze steunen me en zeggen me dat ik mijn acties moet volhouden. Ze maken er geen probleem van als ik een keer een toets moet inhalen. Maar mijn medeleerlingen? They cannot hate me more. Ze mogen me écht niet. Ik had het er onlangs nog over met Greta: zij heeft ook nooit goed in de groep gelegen op school. Fuck it. Ik trek het me niet aan."
Voetjes op de grond
"Waar mijn klasgenoten mee bezig zijn Instagram-foto's en -filters boeit me totaal niet. Eigenlijk is het grappig: op een mars staan mensen in de rij voor een selfie, maar op school praat niemand met me. De eerste- en tweedejaars kijken me wel na, als ik door de gangen loop, maar de anderen doen alsof ik lucht ben. Ach, misschien maar goed ook. Het houdt me met mijn voetjes op de grond, schrijft ze.