De federale regering wil een miljard euro extra lenen voor de afwerking van het voorstadsnet rond de hoofdstad. Concreet komt het bedrag bij de 257 miljoen euro die Wallonië prefinanciert en de 228 miljoen euro die nog overblijft in het fonds dat destijds was opgericht voor het GEN. In totaal geeft dat nog 1,485 miljard euro, waarvan dus 1,05 miljard euro gaat naar de nog af te werken lijnen L50A (Brussel-Sint-Katherina-Lombeek), L124 (Ukkel-Nijvel) en L162 (Watermaal-Ottignies).
Dat zwaartepunt aan Waalse kant - in combinatie met de 60-40-sleutel - laat zich voelen in de verdeling van de overige 436 miljoen euro die niet bestemd is voor het GEN. Zo zal 368 miljoen euro naar investeringen in Vlaanderen gaan, naast 53 miljoen voor Wallonië en 15 miljoen voor Brussel. De precieze toewijzing zal moeten gebeuren binnen de investeringscel voor het spoor.
Eerste stuk Gen klaar in 2024
Federaal mobiliteitsminister François Bellot (MR) stelt voor om de berekening van de verdeelsleutel over meerdere jaren te spreiden. Zo heeft vertraging aan de ene kant van de taalgrens geen gevolgen aan de andere kant.
Tot slot wil de mobiliteitsminister ook dat de afwerking van het GEN in stukken gebeurt, opdat de reizigers zo snel mogelijk van elke uitbreiding kunnen genieten zonder te moeten wachten tot alle werken rond zijn. De lijn Ukkel-Nijvel zou tegen 2024 klaar moeten zijn, maar de ingebruikname van die tussen Watermaal en Ottignies zal pas voor 2027 of 2028 zijn.