22 mensen die bij de federale verkiezingen van 26 mei niet of te laat waren komen opdagen om hun taak als bijzitter of voorzitter van een stem- of telbureau te vervullen, zijn door de Brusselse correctionele rechtbank veroordeeld tot geldboetes van 600 euro. Twee mensen genoten de gunst van de opschorting en een laatste persoon, die een medisch attest had kunnen voorleggen, werd vrijgesproken. In totaal waren maar liefst 486 mensen op 26 mei niet of te laten kwamen opdagen als bij- of voorzitter, zonder dat zij daarvoor een wettige reden konden aantonen. Al die mensen kregen eerst de kans om een minnelijke schikking van 250 euro te betalen en 383 van hen gingen ook op dat aanbod in. De 103 personen die niet betaalden, werden gedagvaard voor de correctionele rechtbank.
22 van hen kregen een boete van 600 euro opgelegd. In vier gevallen kende de rechtbank wel uitstel toe voor 400 van die 600 euro, en in twee andere gevallen werd de geldboete voor de helft met uitstel uitgesproken. De 16 andere personen kwamen niet opdagen voor hun proces, werden bij verstek veroordeeld en zullen de volledige 600 euro moeten betalen.
Twee mensen die zich slechts enkele minuten te laat hadden aangeboden aan het stembureau, genoten de gunst van de opschorting, en één vrouw werd vrijgesproken omdat ze met een medisch attest kon aantonen dat ze op 26 mei te ziek was om haar woning te verlaten.
bron: Belga