Om 10.30 uur werden in Brussel de aanslagen in ons land herdacht, net als de Belgische slachtoffers van aanslagen in het buitenland. De namen van de slachtoffers werden voorgelezen. Naast die van de 32 slachtoffers van de aanslagen van 22 maart 2016 en die van Shanti De Corte, het «33ste slachtoffer» dat vorig jaar euthanasie kreeg vanwege psychisch lijden, werden onder meer de namen afgeroepen van Thomas Monjoie, de Luikse politieagent die vorig jaar op straat werd vermoord, en van Ann-Laure Decadt, die stierf bij een aanslag in New York in 2017. Er werd ook een minuut stilte in acht genomen.
«Nooit meer»
Premier De Croo, voorzitter van het Europees Parlement Roberto Metsola, de CEO’s van Brussels Aiport en de MIVB Arnaud Feist en Brieuc De Meeûs, vertegenwoordigers van slachtofferverenigingen V-Europe en Life4Brussels en vertegenwoordigers van de hulpdiensten legden een krans neer bij het monument. De slachtoffers en nabestaanden kregen nadien de kans om bloemen neer te leggen bij het monument.
Premier De Croo zei na afloop aan de pers dat de slachtoffers van aanslagen nooit vergeten mogen worden en dat ze de steun moeten krijgen die ze verdienen. Nochtans is er ook veel kritiek van slachtoffers over aanpak van de staat. «Zeven jaar geleden waren we als land niet voorbereid, maar vandaag staan we verder als toen. Hopelijk maken we nooit meer een aanslag mee, maar we zijn nu beter voorbereid.» Dat momenteel het proces over de aanslagen plaatsvindt maakt de herdenking van woensdag extra symbolisch, maar los daarvan zullen we de slachtoffers altijd blijven herinneren, aldus de premier.