Afkoeling op de koopmarkt
Voor verkopers is de huidige staat van de woningmarkt minder interessant. Voorheen stonden kandidaat-kopers te springen om een huis te kopen en vond er vaak een opbodspelletje plaats. Hierdoor wisten verkopers het meeste uit de verkoop te halen. Die situatie is grondig gewijzigd. Het enthousiasme op de woningmarkt is afgenomen en kandidaat-kopers hebben weer wat meer onderhandelingsmarge gekregen. Dat maakt het minder interessant om te verkopen. De vastgoedprijzen stijgen over het algemeen nog steeds, maar wel minder snel dan de inflatie. Dat maakt de markt minder interessant voor wie wil verkopen.
Veel activiteit bij jongeren, maar het blijft moeilijk
Daartegenover staat dat jongeren die wél willen kopen – volgens de cijfers blijven jongeren opvallend actief op de vastgoedmarkt –, tegen allerlei problemen aanlopen. Nog nooit was het namelijk zo moeilijk om een eerste huis te kopen. De hypotheekrente is allesbehalve interessant, de banken vragen een hoge eigen inbreng en de renovatieverplichtingen maken energieonzuinige woningen minder betaalbaar. Bovendien willen jongeren vooral in de buurt van grootsteden wonen. Deze stormloop op een beperkte groep van woningen zorgt ervoor dat veel jongeren maar geen geschikte woonruimte vinden en dat de prijzen oplopen.
Vooral in West-Vlaanderen minder koopactiviteit
Dit alles blijkt ook uit de cijfers van 2022. Zowel in Vlaanderen als in België is de vastgoedactiviteit dan met twee procent gedaald ten opzichte van 2021. In Brussel ging het om een daling van anderhalf procent. Die daling is volgens experts te wijten aan een vernietigende cocktail met diverse ingrediënten: oorlog in Oekraïne, economische onzekerheid, inflatie, hoge energieprijzen en stijgende rentevoeten. In alle Vlaamse provincies is de vastgoedactiviteit afgenomen. De grootste daling viel te noteren in West-Vlaanderen. Enkel Oost-Vlaanderen is een uitzondering, daar is de vastgoedactiviteit in 2022 net toegenomen.
Stormloop op de huurwoningen
De afkoeling van de Vlaamse koopmarkt staat in schril contrast met de stormloop op de huurmarkt. In een jaar tijd is het aantal kandidaat-huurders met ruim een derde gestegen. Voor elk huurpand in het Vlaams Gewest zouden er maar liefst zestien aanvragen binnenkomen. De kalmering op de koopmarkt zorgt er niet alleen voor dat huurders langer blijven huren en dus niet verhuizen, maar zorgt er ook voor dat een nieuwe groep huurders zich aandringt. Dat zorgt voor krapte op de huurmarkt.
Opvallend is echter dat de huurprijzen niet bijzonder sterk stijgen. Dat heeft een eenvoudige verklaring: het budget van kandidaat-huurders is door de koopkrachtproblematiek niet gestegen. Meer mensen willen wel huren, maar ze kunnen daarom nog niet meer betalen. Dat zorgt ook voor een verandering in de voorkeuren van huurders. Tijdens de coronacrisis waren huurders vooral op zoek naar ruimte. Deze rush op ruimte heeft nu plaatsgemaakt voor iets anders: huurders zijn tuk op betaalbaarheid en energiezuinigheid. Dat merkt men ook bij de inrichting van huurwoningen. Bij websites met betaalbare meubels zien ze bijvoorbeeld de vraag toenemen. Er is in ieder geval ook goed nieuws voor huurders: de energiezuinigheid van huurpanden is de afgelopen tijd flink verbeterd. Het aantal panden met het energielabel A is sinds 2018 zelfs bijna verviervoudigd. Ongeveer 23 procent van de huurpanden beschikt reeds over dit label.