Eerder was de natuurherstelwet tot drie keer toe verworpen op commissieniveau, vooral op aansturen van de Europese Volkspartij (EVP) en haar fractievoorzitter Manfred Weber. Maar in de plenaire vergadering, waar met een 700-tal leden de politieke verhoudingen anders liggen, kreeg de veelbesproken wet dus wel groen licht.
Nipt
De uitslag was nipt, maar het resultaat bleek uiteindelijk niet op slechts enkele stemmen aangekomen te zijn, zoals de voorbije dagen her en der geopperd werd. Van bij de start van de stemming waren de pleitbezorgers van de natuurherstelwet al in het voordeel, toen de vraag om de hele tekst te verwerpen, weggestemd werd. 312 parlementsleden stemden voor die verwerping, maar 324 tegen (bij 12 onthoudingen). Daardoor kon de artikelsgewijze stemming van start gaan, op basis van de vele ingediende amendementen.
Het resultaat is dus dat het Europees Parlement de natuurherstelwet gewoon heeft goedgekeurd, ondanks alle commotie van de voorbije weken en maanden. Zoals de wetgevingsprocedure het bepaalt, moeten de onderhandelaars van het parlement en de Raad (de lidstaten keurden hun eigen standpunt al op 20 juni goed) nu een compromis uitwerken, onder toezicht van de Europese Commissie, die de wet op tafel heeft gelegd. In principe rest hen voldoende tijd om het hele wetgevende proces rond te krijgen tegen de lente van 2024, wanneer de legislatuur aan haar einde komt.
Flexibiliteit
Het parlement heeft zich op het standpunt van de lidstaten gebaseerd, maar gaat op verschillende punten verder in zijn ambitieniveau. Zo zouden de EU-landen tegen 2030 herstelmaatregelen moeten aannemen die van toepassing zijn op 20 procent van alle gebieden in de EU, en dus niet op 30 procent van de ecosystemen die niet in goede staat verkeren. De algemene doelstelling gaat daarmee verder van het VN-akkoord van Montreal, waarvan de natuurherstelwet in essentie de vertaling naar EU-wetgeving is, luidt de analyse.
De vraag van bijvoorbeeld Vlaanderen om meer flexibiliteit goed te keuren voor dichtbevolkte gebieden, is niet overgenomen door het parlement, alhoewel er sprake van is de sociaaleconomische impact van de herstelmaatregelen mee in rekening te brengen. Ook is het veelbesproken verslechteringsverbod een ’inspanningsverbintenis’ geworden, en niet langer een ’resultaatverbintenis’. Voor ecosystemen buiten de Natura 2000-gebieden, die al beschermd worden, is er zelfs helemaal geen sprake meer van een verbod om hun toestand te laten verslechteren.
Green Deal
De natuurherstelwet wordt als een hoeksteen van de Green Deal van de Europese Unie gezien. Verschillende Vlaamse Europarlementsleden waren er na de stemming dan ook bijzonder snel bij om te reageren. «Klimaatverandering is geen ver-van-ons-bedshow, maar een dagelijkse realiteit. Hitte, droogte, extreme weersomstandigheden, overstromingen en verlies van biodiversiteit: dagelijks worden burgers, bedrijven en boeren daarmee geconfronteerd. Net daarom hebben we natuurherstel nodig in de Europese Unie», zegt Kathleen Van Brempt (Vooruit). «Uiteraard heb ik begrip voor alle bezorgdheden die leven omtrent het voorstel, maar laat ons nu vooral - Commissie, Raad en parlement - aan tafel gaan zitten en kijken hoe we samen tot de meest robuuste en doelgerichte natuurherstelwet kunnen komen en het politieke en maatschappelijke draagvlak voor natuurherstel verder kunnen verbreden.»
Verdeeldheid
Ook Sara Matthieu (Groen) is tevreden met de goedkeuring. Ze spreekt van «een overwinning voor mens én milieu». «Er is een ambitieuze wet gestemd die onze bossen en onze rivieren zal beschermen. Maar ook wij mensen zijn afhankelijk van de natuur voor de lucht die we inademen, het water dat we drinken en het voedsel dat we eten. Natuurherstel is bovendien onze beste bescherming tegen klimaatopwarming. De Europese natuur verdwijnt zienderogen en verdraagt geen pauzeknop, gelukkig heeft het parlement dat vandaag goed begrepen.»
Tom Vandenkendelaere (CD&V) stemde voor de verwerping van de natuurherstelwet en tegen de eindtekst, maar beet dus in het zand. «Voor mij blijven de fundamenten van de tekst problematisch en zal het erg afhangen van de onderhandelingen tussen het Europees Parlement, de Europese Commissie en de lidstaten of het finaal akkoord de pijnpunten voor landbouwers en het vergunningenbeleid voor bedrijven kan wegwerken en de juridische zekerheid voor Vlaanderen kan afdwingen», reageert hij. «De Commissie deed op dat vlak dure beloftes met onder andere de publicatie van haar non-paper, het zal nu moeten blijken of en hoe dat in de praktijk zal verlopen.»
Ook Hilde Vautmans (Open VLD) had de wet liever weggestemd gezien. Ze vindt hem nog steeds niet evenwichtig. «Natuurlijk ben ik voor natuurherstel. Wie niet? Maar ik ben tegen deze natuurherstelwet. De mensen moeten het wel nog kunnen betalen en onze kmo’s moeten het nog gebolwerkt krijgen. Dat is in deze versie van de tekst niet het geval. Ik vind het frappant hoe zo’n belangrijke wet met zo’n grote impact er ondanks zoveel verdeeldheid toch doorgeduwd werd. Dat is democratie op z’n smalst.»
Vautmans zet haar hoop op de Raad in, om de natuurherstelwet «nog op de juiste manier bij te sturen». «Niet alles aan deze wet is slecht. Het moet gewoon evenwichtiger naar onze boeren, naar onze middenklasse en naar onze kmo’s toe en ik geloof dat dat nog kan.»
Tegenstemmers
Behalve Vandenkendelaere en Vautmans, stemden ook de Belgische MEP’s Cindy Franssen (CD&V), Pascal Arimont (Les Engagés) en Vlaams Belang tegen. Alle andere Belgen stemden voor de eindtekst, dus ook N-VA en Benoît Lutgen (Les Engagés). De drie Vlaams-nationalisten en de voormalige Waalse minister van Landbouw horen bij de kleine groep leden van ECR en EVP die hun respectievelijke fractie niet volgden.
Alles wat je wilt weten op Metrotime.be