NMBS stelde op maandag hun nieuwe vervoersplan voor aan de lokale en federale vertegenwoordigers en de mobiliteitsactoren, nadat de raad van bestuur het plan eerder al goedkeurde. De ambitie van de vervoersmaatschappij is om tegen 2032 30% meer reizigers voor zich te winnen, zowel voor het woon-werkverkeer, als het woon-schoolverkeer en vrijetijdssegment.
Late treinen
Vanaf december 2024 rijden er op vrijdag- en zaterdagavond tot na 1 uur extra late treinen waardoor het makkelijker wordt om in de late uurtjes te reizen tussen de hoofdstad, de naburige gemeenten en de andere steden in het land. In de omgekeerde richting rijdt er zowel op vrijdag als zaterdag een extra late trein vanuit Antwerpen richting Brussel. Tijdens het weekend verdubbelt NMBS de frequentie van de IC-treinen tussen Luik, Leuven en Brussel en van de IC-treinen tussen Brussel en Charleroi.
De S4 Aalst – Brussel-Luxemburg rijdt voortaan ook tijdens het weekend en vormt zo een bijkomende rechtstreekse verbinding tussen Jette en de Europese wijk. Het S-aanbod rond Brussel wordt ook van en naar Dendermonde versterkt doordat de S3 tussen Brussel, Jette en Dendermonde ook op zaterdag rijdt. Tot slot verdubbelt NMBS in het weekend de frequentie van de IC-treinen tussen Bergen en Brussel, waardoor er op die verbinding twee treinen per uur rijden.
2.190 aansluitingen
Tegen 2026 wil NMBS verspreid over het land 2.190 aansluitingen per uur hebben tussen haar treinen. Dat is 12% meer dan vandaag. NMBS versterkt ook haar samenwerking met de andere operatoren waaronder MIVB, de TEC en de Lijn om de intermodale knooppunten verder te ontwikkelen.
Toegankelijkheid verbetert
Tussen nu en 2032 plant NMBS belangrijke investeringen in verschillende Brusselse stations om de intermodaliteit, de toegankelijkheid en het comfort voor de reizigers te verbeteren. Zo wil NMBS verspreid over het hele land het aantal parkeerplaatsen voor fietsen met 50.000 verhogen tot 164.000, het aantal autoparkeerplaatsen met 5.000 tot 80.000 en het aantal staions dat toegankelijk is voor personen met een beperkte mobiliteit verdubbelen tot 176.
In twintig stations wordt de toegankelijkheid voor personen met een beperkte mobiliteit tot slot verbeterd: verhogen van de perrons, plaatsing van geleidelijnen voor slechtzienden of de installatie van liften.