In slaap vallen in Brussel en wakker worden in een van de mooiste steden van Europa: dat is de belofte waarmee de nachttrein hoopt te scoren. De voordelen van deze nachtelijke ritten zijn legio: geen stress achter het stuur, je komt uitgerust op je bestemming aan en je wint tijd (vooral dankbaar voor citytrips). Maar in deze tijden van klimaatverandering beantwoorden ze vooral aan de vraag van veel toeristen naar een duurzamere en «slowere» vakantie.
Dankzij haar centrale ligging en status als Europese hoofdstad heeft Brussel alles in huis om een echte spoorweghub te worden. Een ideale vertrekplaats voor bestemmingen die in één nacht bereikbaar zijn. In januari 2020 lanceerde de Oostenrijkse maatschappij ÖBB als eerste een nachtverbinding vanuit Brussel. In samenwerking met de NMBS brengen de Nightjets je drie keer per week naar Wenen voor € 29,90 (zitplaats) of € 49,90 (slaapplaats). En dat is een schot in de roos: het bedrijf heeft de route verlengd tot 2022.
Nieuwe verbindingen in 2022
Dit jaar rijden de nachttreinen naar enkele nieuwe bestemmingen. Twee operatoren hebben groen licht gekregen van Infrabel. De eerste is het Belgisch-Nederlandse European Sleeper, voor een route Brussel-Praag. De eerste trein, die aanvankelijk voor april werd aangekondigd, zal uiteindelijk in de zomer van 2022 op de rails staan. De trein vertrekt drie keer per week (dinsdag, donderdag en zaterdag) in de vroege avond uit Brussel-Zuid, rijdt drie uur later Amsterdam binnen, bereikt Berlijn in de vroege ochtend en komt rond 10u30 aan in de Tsjechische hoofdstad.
De eerste tickets gaan in april in de verkoop. De tarieven zijn nog niet officieel bekendgemaakt (naar verluidt rond de 60 euro) maar zouden concurrerend moeten blijven met de prijs van vliegreizen, aldus European Sleeper. Het bedrijf wil elk jaar een nieuwe nachtroute vanuit België en Nederland lanceren. Na Praag dit jaar, volgt Warschau in 2023.
De tweede vergunning is voor de Belgische onderneming OVOE (Ostende-Vienne Orient-Experience) en haar seizoensgebonden nachttrein. In de winter zal OVOE wekelijkse verbindingen aanbieden tussen België (Brussel en Antwerpen) en de Oostenrijkse skigebieden (waaronder Salzburg en Innsbruck). De start was gepland voor deze winter, maar is uiteindelijk uitgesteld vanwege de onzekerheden in verband met Covid-19. De OVOE-zomernachttrein zou dit jaar wel op de rails moeten staan. Die vertrekt van België (Brussel en Luik) naar Zwitserland en Noord-Italië (Como en Milaan).
Binnenkort nog meer bestemmingen
Het gaat de nachttrein duidelijk voor de wind, en dus denken bedrijven al volop aan andere bestemmingen. ÖBB, bijvoorbeeld, wil de Europese leider van de nachttrein worden. In 2023 zouden haar Nightjets ook Berlijn, Brussel en Parijs kunnen verbinden.
Een ander project om in de gaten te houden, zijn de "hotels op rails" van het Franse bedrijf Midnight Trains, die vanaf 2024 in Parijs zouden vertrekken. De start-up wil een uitgebreid nachtelijk netwerk creëren dat meer dan tien Europese steden met elkaar verbindt (Madrid, Barcelona, Porto, Rome, Edinburgh, enz.). Vanuit Parijs zal een traject via Brussel naar Berlijn of Kopenhagen lopen.
Tot slot wordt ook een nachtverbinding tussen Brussel en Malmö (via Keulen en Kopenhagen) overwogen. Maar momenteel is er nog geen exploitant gevonden die deze verbinding wil lanceren.
Een trein om niet te missen!
Het aanbod komt op gang. Maar zijn de Belgen vragende partij? Volgens een enquête van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit is 62% van de Belgen bereid voor lange afstanden de trein te kiezen om hun footprint te verkleinen (op voorwaarde dat de prijs concurrentieel is).
De tendens is duidelijk, en België is niet van plan de trein te missen. Ons land is vastbesloten opnieuw nachttreinen in te voeren als alternatief voor korte- en middellangeafstandsvluchten en heeft dat engagement concreet gemaakt. De federale regering trekt vanaf 2022 namelijk 2 miljoen euro per jaar uit om het aanbod te versterken en van België een echte draaischijf voor de nachttrein te maken.