De Nederlandse netwerkexpert Judith Smits pleit voor meer sociaal contact op de trein. «We leven in een netwerkeconomie en netwerken de hele dag. Behalve in het openbaar vervoer», zegt Smits verbaasd. «Terwijl er om je heen heel interessante mensen kunnen zitten.»
Smits schreef het boek De FUNfactor', waarin ze beschrijft hoe je jouw eerste indruk versterkt en met plezier netwerkt. De trein is daar bij uitstek een goede plaats voor, zegt ze. Maar hoe doe je dat dan? «Als je naast iemand gaat zitten die in zijn telefoon is gezogen, is het misschien lastig», geeft de auteur toe. «Daarom moet jij eerst en vooral je mindset veranderen. Je moet zélf de meerwaarde zien van het contact met anderen.»
Smalltalk
Stap twee, vervolgt ze, is oogcontact maken. «Doe dat het liefst voordat mensen hun telefoon pakken. Als je de aandacht hebt, begin je met stap drie: smalltalk. Het maakt niet zoveel uit wat je zegt, het gaat erom dat je contact maakt. Je kan bijvoorbeeld zeggen: Heb jij ook zo moeten haasten?' Of: Ik hoop dat de zon straks weer gaat schijnen'. Dan komt het gesprek vanzelf op gang. Aan het eind van de rit is het een goed idee om gegevens uit te wisselen, bijvoorbeeld via LinkedIn.»
Veertig nieuwe connecties
Volgens Smits hoef je echt niet iedere dag dat je in de trein zit te netwerken. Het werkt wel om voor jezelf een doel te stellen, adviseert ze. «Je kan bijvoorbeeld proberen om iedere week één nieuwe connectie te maken. Stel dat je veertig weken per jaar met de trein reist, heb je er veertig nieuwe connecties bij, zonder dat het je extra tijd kost.»
Uitdaging
Natuurlijk kan een spelletje op je smartphone ontspannend zijn, maar het is goed om af en toe de uitdaging in de trein aan te gaan en actief proberen contact te maken. «Zie het als iets leuks, voegt ze toe. «Denk niet: wat zal hij of zij wel niet van mij denken als ik zomaar een gesprek begin? Veel mensen vinden het leuk om in contact te komen met anderen. En als dat niet zo is, merk je dat snel genoeg aan hun lichaamstaal.»