SD Worx verwijst naar de «arbeidsproductiviteit» van een bedrijf. Die is zowel gedefinieerd als toegevoegde waarde per gewerkt uur als de omzet per gewerkt uur. Die productiviteit is gemiddeld hoger bij meer deeltijds werk binnen een bedrijf. Ook zou meer deeltijds werk leiden tot minder afwezigheden door ziekte.
Personeelsretentie
Een toename van het aandeel deeltijds werkenden met 10 procentpunten (bijvoorbeeld van 20% naar 30%), leidt gemiddeld tot een stijging in de bedrijfsproductiviteit van 2%. Een substantiële stijging, aldus Jeroen Neckebrouck van IESE. «Het positieve effect stijgt tot 30% deeltijdse contracten en daarna blijft het stabiel.» De productiviteitswinst is groter in sectoren als bijvoorbeeld de bouw, horeca, informatie & communicatie.
«Deeltijdse regimes vergen van de werkgever qua planning meer gepuzzel, maar hebben niet alleen een positief effect op individueel vlak», klinkt het bij SD Worx. «Deeltijds werken laat toe om meer mensen langer aan het werk te houden en een balans tussen privé en werk te vinden.» Omdat de productiviteit verhoogt, is het voor een organisatie ook een win-win. «Dit onderzoek onderstreept ook het belang van personeelsretentie: meer ervaren medewerkers doen de arbeidsproductiviteit stijgen, zelfs al werken ze deeltijds.»
België aan top
België staat volgens SD Worx in de Europese top vijf qua deeltijds werk, met 24% deeltijds werkenden. Nederland kent met 43% het meeste deeltijds werk, voor Oostenrijk (30%) en Duitsland (28%). Denemarken en België volgen samen met 24%.
Deeltijds werk komt vaker voor in Vlaanderen (32% van de werknemers) in vergelijking met Wallonië (27%). Koplopers zijn Oost-Vlaanderen (35%) en Antwerpen (35%), in Luxemburg (22%) en Luik (23%) komt deeltijds werken minder voor. SD Worx merkt bovendien op dat deeltijds werk vaker voorkomt in grote bedrijven (30%), dan in kleine bedrijven (20%).
IESE becijferde de impact op basis van loongegevens van sociaal secretariaat SD Worx van 800.000 werknemers bij 26.799 organisaties in de privésector tussen 2016 en 2022, alsook de financiële gegevens uit de Kruispuntbank van Ondernemingen.