Finse onderzoekers stelden vast dat verlichte bruggen een hindernis vormen voor rivierprikken, een zeldzame en Europees beschermde vissoort. Ongeveer 90 procent van de vissen met een zendertje stopten hun migratie bij verlichte bruggen. Slechts een minderheid van de dieren (ongeveer 20%) kon in de periode dat de zender werkte (ongeveer 25 dagen) de verlichte brug voorbij raken. Het overgrote deel bleef rondzwemmen in het donker water, net voor de verlichte brug.
Winter- en zomertrek
Dieren bewegen zich voort doorheen het landschap om voedsel te vinden, of om te migreren tussen zomer- en winterleefgebieden. Straatlantaarns zijn volgens verschillende onderzoeken een belangrijke barrière voor nachtvlinders en vleermuizen. Ook egels verplaatsen zich het liefst via donkere corridors en vermijden dan verlichte plekken. Kattenkorrels opsmikkelen onder de tuinlamp is voor egels dan weer geen probleem.
Trekvogels kunnen volgens Natuurpunt als gevolg van nachtelijk kunstlicht soms minder snel vliegen, veranderen van vliegrichting of rond een verlichtingsbron blijven cirkelen en uiteindelijk op de grond terechtkomen. Zo kunnen die vogels in industriële gebieden belanden waar niet voldoende voedsel is, of in gebieden die sterk vervuild zijn. Verlichting kan ook leiden tot een verstoorde timing tijdens de winter- en zomertrek.