Gerry Layton, een verkoper van luxeboten uit Leeds, was de gelukkige die het veertig jaar oude stuk bruidstaart mee naar huis mocht nemen. Hij moest het opnemen tegen medebieders uit de Verenigde Staten, het Midden-Oosten en het Verenigd Koninkrijk. Veilinghuis Dominic Winter Auctioneers verwachtte er maar 500 pond voor, maar tot hun verbazing liepen de biedingen al snel op. Layton telde uiteindelijk 1.850 pond (omgerekend 2.185 euro) neer voor het stuk cake van zo’n 20 bij 20 centimeter, dat deel uitmaakte van de 23 bruidstaarten op het trouwfeest in 1981.
Bewaard in huishoudfolie
Het geveilde stuk taart, versierd met het koninklijke wapen in de kleuren rood, blauw en goud, ziet er na veertig jaar nog verbazingwekkend goed uit. Moyra Smith, een lid van het huishouden van de moeder van de Britse koningin Elizabeth II, kreeg het stuk rond de huwelijksceremonie in handen. Zij wikkelde het in huishoudfolie en bewaarde het jarenlang in een tinnen doosje. Ze plakte er een labeltje op met de tekst «voorzichtig mee omgaan» en ondertekende het met de datum 27 juli 1981, twee dagen voor de officiële trouwdatum. In 2008 verkocht de familie van Smith het aan een verzamelaar, om nu weer verkocht te worden aan Gerry Layton. Hij wil de taart in zijn testament laten zetten, zodat hij het aan een goed doel kan schenken na zijn dood.
Prins Charles en prinses Diana trouwden op 29 juli 1981. Elf jaar later ging het koppel uit elkaar. Pas in 1996 werd de scheiding definitief.