Niet Paul McCartney, maar John Lennon veroorzaakte het uiteenvallen van The Beatles

Niet Paul McCartney, maar John Lennon veroorzaakte het uiteenvallen van The Beatles
DPA / D. Young

De popmuziek was nog maar goed en wel van wal gestoken en het einde ervan werd al bijna ingeluid: in 1970 gingen John Lennon, Paul McCartney, Ringo Starr en George Harrison hun eigen weg. ‘Let It Be’ verscheen nog op de valreep als laatste single, maar het verval was al eerder ingezet. Er waren ruzies, en de band moest nog een hele tijd verdergaan terwijl ze onderling al afgesproken hadden om uit elkaar te gaan.

Het was vooral Paul McCartney die als schuldige aangewezen werd, voornamelijk dan omdat hij een rechtszaak aanspande tegenover de andere leden van The Beatles. Vijftig jaar later schenkt hij klare wijn over de woelige periode in een interview met BBC Radio 4 dat The Guardian al kon inkijken.

Vredesprotesten John Lennon

«Ik ben niet degene die de breuk heeft veroorzaakt. O nee, nee, nee. John liep op een dag de kamer binnen en zei dat hij The Beatles zou verlaten. Is dat de oorzaak van de breuk, of niet?», klinkt het bij McCartney. De ex-Beatle blikt terug op die periode als een van de moeilijkste van zijn leven, mede omdat ze nog steeds «best goede muziek» maakten toen. «Het was mijn band, mijn job, mijn leven, dus ik wou dat het bleef doorgaan.»

Het oeuvre van The Beatles had dus nog een pak groter kunnen zijn, maar volgens McCartney was de breuk onvermijdelijk, zeker toen hij een relatie begon met de artieste Yoko Ono: «John was een nieuw leven gestart met Yoko.» Vooral het activisme maakte het moeilijk: «John wou in een week lang in bed gaan liggen in Amsterdam als vredesprotest. Daarmee kon je niet onderhandelen.» Toch benadrukt hij dat Yoko en John een sterk koppel waren en hij haar niets kwalijk neemt.

Over de advocaten en de rechtszaak zegt McCartney dat ze bedoeld waren om het oeuvre van The Beatles te beschermen, naar aanleiding van spanningen met de nieuwe manager Allen Klein. De andere muzikanten zouden hem later bedankt hebben voor die zaak.