Volgens de ene geldt het principe «hoe groter, hoe beter», de andere heeft dan weer liever «een kleine plezante dan een grote ambetante». Goedele Liekens wilde weleens weten of er zoiets bestaat als de ideale penis, dus polste ze bij haar wittewijnvriendinnen, zo vertelt ze in een column in Het Laatste Nieuws.
Vrouwenhand
De 59-jarige seksuologe werd wel degelijk een stuk wijzer uit dat gesprek. « Grappig hoe iedereen meteen begint over lengte, mannen én vrouwen. Mannen willen ’m groter: 17 centimeter in erectie. Terwijl vrouwen content zijn met 15 centimeter. Al kijken ze ook naar de breedte. Verdict: als je er met je vrouwenhand helemaal rond kan, is hij te klein», schrijft ze.
Piemelplafond
En nee: groter is niet altijd beter, hoewel dat ook wel afhangt van situatie tot situatie. «Is het voor een onenightstand, dan hebben de dames ’m graag groter dan gemiddeld. Maar voor een echte relatie, met emotionele connectie, speelt dat geen rol. Dan is gemiddeld prima. Een piemel is ook níét als je loon, ‘hoe meer, hoe beter’. Nee. Er is wel degelijk een piemelplafond. Gigantisch of een halve arm lang met een totaalruptuur down under? Geen vrouw die daarnaar snakt, beste mannen», klinkt het.
Enthousiasme
Maar hét belangrijkste aspect blijkt dan toch weer niet met het formaat te maken. «Waar de aanbidsters van jullie genotsknots het meest van houden, is dat ie ook hen wat liefde toont. (...) Dat ie zelfs bij een zacht aaitje al zijn kopje opsteekt. Enthousiast is. Aanslaat. Zonder dat er per se pornogewijs aan gesnokt hoeft te worden voor er leven in de brouwerij komt. Conclusie: de gouden penis bestaat niet. En dat hoeft ook niet. Maar een penis die enthousiast is over het vrouwtje en altijd blij is haar te zien, die scoort. Keer op keer», besluit ze.