De participatiesurvey is een grootschalig onderzoek naar de participatie van de Vlaming aan sociale, culturele en sportieve activiteiten. De huidige participatiesurvey werd afgenomen op drie momenten: in 2020 (vóór de lockdown), net na de COVID-maatregelen in 2021 en in 2022, toen het normale leven terug op gang kwam. Eerdere edities van de participatiesurvey vonden plaats in 2004, 2009 en 2014.
Concerten en bioscoopbezoeken krijgen hard te lijden
Tijdens de COVID-pandemie kreeg de cultuurparticipatie een flinke knauw. Voor alle vormen van cultuurparticipatie die in een zaal plaatsvinden, daalde het percentage bezoekers in 2021. In de cijfers van 2022 zien de onderzoekers een voorzichtige maar lang niet volledige relance van de sector: de participatiecijfers blijven ver onder het niveau van 2020.
Enkele voorbeelden: voor hedendaagse concerten bedroeg de participatie voor de pandemie 27 procent. In 2021 daalde dat percentage naar 14 procent en in 2022 steeg het licht naar 17 procent. Voor de bioscoopbezoeken ging het van 49 procent voor corona naar 22 procent in 2021 en 30 procent in 2022.
Voor lokale cultuurparticipatie in cultuur- en gemeenschapscentra lukt de heropstart wat beter, maar blijven de cijfers lager dan voor de pandemie. De culturele relance in 2022 blijkt daarbij vooral gedragen door hoger opgeleiden en vrouwen.
Sport en andere culturele sectoren hebben minder moeite
Het aanbod dat minder lang gesloten werd of meer mogelijkheden had om in openlucht of thuis plaats te vinden, ondervond minder impact van de COVID-pandemie. Op het vlak van cultuur stellen de onderzoekers vast dat het bibliotheek-, museum- en erfgoedbezoek en de actieve deelname aan het verenigingsleven en de amateurkunstbeoefening veel minder beïnvloed werden door de COVID-pandemie. De deelname blijft daar stabiel of daalt in veel mindere mate.
Het aantal sportparticipanten daalde tijdens de coronaperiode eveneens licht tot 57,8 procent. De onderzoekers stellen de daling vooral vast bij de lager opgeleiden. Parallel aan die ontwikkeling stellen ze ook een negatieve evolutie vast voor fysieke activiteiten in het algemeen, zoals het aantal dagelijkse minuten matige en zware fysieke activiteit, en het aantal dagen dat mensen tien minuten of meer wandelen.
Voorts biedt het onderzoek een beeld van de cultuurparticipatie voor de coronapandemie. Op basis van de frequentie van bezoeken aan musea, concerten, voorstellingen podiumkunsten, bioscoop en erfgoedinitiatieven werd een indicator aangemaakt van globaal uithuizig cultuurbezoek. In de metingen van 2004, 2009 en 2014 nam ongeveer drie kwart deel aan minstens één culturele activiteit in de zes maanden vóór de bevraging. In 2020 steeg dat tot 80 procent. Bovendien nam ook de frequentie van participatie toe.
Andere participatievormen vertoonden een status quo. Zo blijft de actieve cultuurbeoefening (amateurkunsten) op een gelijk niveau als in de voorgaande edities van de participatiesurvey (27 procent in 2020) en hetzelfde geldt voor de actieve deelname aan het verenigingsleven (55 procent).