Charlie, je personage, is een opmerkelijke figuur, en niet alleen omdat hij 270 kilo weegt. Wat trok je vooral aan in de rol?
Brendan Fraser: «De film is gebaseerd op een toneelstuk van Sam Hunter. Die tekst alleen al is prachtig. Bovendien kreeg ik de kans om samen te werken met een regisseur als Darren Aronofsky, die ik al bewonder sinds ‘Requiem for a Dream’. Ik keek er ook naar uit om dat personage tot leven te wekken in al zijn gelaagdheid. Zoals je zegt, heeft Charlie meer te bieden dan enkel dat gigantische lichaam. Hij is een vader en een leraar en een gevoelige ziel met gebreken en talenten. En hij weet dat er hem maar weinig tijd meer rest.»
Charlie heeft een dochter. Kon je putten uit je eigen ervaringen als vader?
«Ik weet hoeveel liefde je voelt voor je kinderen. Daarom is het ook zo triest dat Charlie toch zijn dochter in de steek liet toen ze amper acht was. Maar dat deed hij omdat hij hopeloos verliefd was geworden en dat geluk niet wou opgeven. Het conflict tussen zijn passie en zijn gevoelens als vader was een van de redenen waarom ik veel empathie voel met hem.»
‘The Whale’ krijgt kritiek omdat je als hoofdacteur een zogenaamde ‘fat suit’ draagt om er veel dikker uit te zien dan je bent, in plaats van de rol te geven aan een echt zwaarlijvige acteur. Wat antwoord je daarop?
«Ik kan enkel zeggen dat we Charlie met het grootste respect hebben benaderd. We wilden zo authentiek mogelijk te werk gaan. Ik weet heel goed dat dit soort make-up in het verleden vooral werd gebruikt om dikke mensen uit te lachen of om er monsters van te maken. Wij wilden tonen dat het ook anders kan, met medeleven en begrip en zin voor verantwoordelijkheid. Daarom hebben we ook samengewerkt met de Obesity Action Coalition, een vereniging die duizenden zwaarlijvige mensen vertegenwoordigt. Zij hebben ons enorm geholpen om van Charlie een echte persoon te maken.»
Begrijp je de kritiek?
«Ik nodig die mensen uit om naar de film te komen kijken. Het is te gemakkelijk om een oordeel te vellen over iets wat je niet gezien hebt. Neem nu de titel. Je zou kunnen denken dat ‘The Whale’ een gemene grap of een belediging is, maar in werkelijkheid is het een verwijzing naar ‘Moby Dick’, het boek van Herman Melville. Het gaat over de metaforische walvis die we allemaal achternazitten in ons leven. De film nodigt je uit om met Charlie mee te gaan op zijn zoektocht naar vergiffenis en verlossing.»
Op een bepaald moment begint Charlie zich in een vlaag van wanhoop vol te proppen met pizza. Hoe bereid je zo’n schokkende scène voor?
«Je moet weten dat Charlie in wezen verslaafd is. Eten is voor hem al lang geen voedsel meer maar een manier om het beloningscentrum in zijn hersenen te spijzen. Hij eet niet omdat hij ervan geniet maar omdat hij vol verdriet zit door de keuzes die hij in zijn leven gemaakt heeft. Het is inderdaad schokkend om te zien. Het is nooit aangenaam om te kijken naar iemand die zichzelf met opzet kwaad berokkent. Maar je krijgt er ook veel empathie voor hem door.»
Hoe gelukkig ben je om weer in de schijnwerpers te staan?
«Eerlijk? Dat is bijzaak. Ik ben vooral heel blij dat ik in een film als deze mocht meespelen. We hopen echt dat ‘The Whale’ het blik van het publiek op mensen als Charlie kan veranderen. Het zou me zelfs niet verbazen dat deze film levens kan redden. En dat meen ik.»
Review ****
Is het fout om een acteur make-up aan te meten zodat hij een personage kan spelen dat fysiek niet op hem lijkt? Het antwoord op die vraag ligt in de intentie, en daar valt wat ‘The Whale’ betreft niets op aan te merken. De eerste opdracht van een film als deze is om je mee te nemen in de fysieke en emotionele leefwereld van het hoofdpersonage. In dit geval is dat Charlie, een zachtaardige man die een diep liefdesverdriet met zich meezeult, versterkt door het besef dat hij zijn dochter veel pijn heeft gedaan door haar als kind achter te laten. Dat schuldgevoel manifesteert zich bij hem in vreetbuien, alsof hij tegelijk zijn pijn wil stillen en zichzelf straffen. Charlie is een complexe ziel, en Aronofsky heeft overschot van gelijk dat hij vooral een ijzersterke acteur wou. Met Brendan Fraser vond hij die ook, iemand die de film een — no pun intended — zwaartepunt geeft zonder er een spektakel van te maken. Door Charlie’s appartement nooit te verlaten, onderstreept Aronofsky dat ‘The Whale’ oorspronkelijk een toneelstuk was. Maar duf of statisch wordt het nooit.