«De Lijn is geen vragende partij om haar tarieven op korte termijn te verhogen. Dit is dus niet aan de orde voor 2024», benadrukt de openbaarvervoermaatschappij. Zij houdt zich zo aan de afspraak met de Vlaamse regering dat de tarieven in 2023 en 2024 niet zouden stijgen.
De Lijn wijst er wel op dat «het niet-indexeren van de tarieven een effect heeft op onze werkingsmiddelen». De topvrouw van De Lijn, Ann Schoubs, sprak in Het Laatste Nieuws van een jaarlijkse impact van 25 miljoen euro door de niet-indexering in 2023 en 2024.
Om dat te compenseren, vraagt De Lijn in haar onlangs voorgestelde memorandum aan de volgende Vlaamse regering «een verhoging van het werkingsbudget met ongeveer 100 miljoen euro om de gestegen levensduurte (ook voor onze grondstoffen) te compenseren». In totaal vraagt De Lijn minstens 300 miljoen extra per jaar, onder meer ook om de vloot te vergroenen en de infrastructuur te onderhouden. Het zal overigens ook aan de volgende Vlaamse regering zijn om te beslissen over een eventuele tariefverhoging in 2025.