De European Social Survey bevroeg de Europese bevolking over de tevredenheid over de aanpak van de coronacrisis in hun land. Er werd gepeild naar maatregelen in verschillende domeinen: economische steun, ondersteuning van gezinnen met kinderen, beleid naar ouderen in woonzorgcentra toe, enzovoort. Ook de factoren die iemands tevredenheid kunnen beïnvloeden werden bevraagd. 1.341 willekeurig geselecteerde Belgen gaven hun mening over het COVID-beleid van onze overheden.
Nationale gezondheidszorg is primus
Met 6,9 op 10 scoort de nationale gezondheidszorg het hoogst in België. De grote druk op zorgverleners en hoge sterftecijfers in de woonzorgcentra vertaalt zich in de laagste score: 4,7 op 10. Vlamingen zijn iets meer tevreden over het beleid dan Waalse burgers.
De gemiddelde tevredenheidsscore strandt zo op 5,5. Nederland scoort 5,6 en Duitsland 5,1. «Het lijkt alsof de overheden ’met de hakken over de sloot’ geslaagd zijn, maar voor tevredenheid met beleid is deze score niet zo slecht», zegt professor Bart Meuleman (KU Leuven-Centrum voor Sociologisch Onderzoek). «Ook in vergelijking met andere Europese landen en onze buurlanden is het resultaat behoorlijk.»
Economisch getroffen
IJsland en Noorwegen staan aan de top met 6,7 op 10. Bulgarije en Polen belanden achteraan met een gemiddelde score lager dan 4.
Ongeveer 20 % van de Belgen gaf aan economisch getroffen te zijn door de coronacrisis. Toch is deze groep met inkomensverlies niet minder tevreden over de aanpak in ons land. «We kunnen hieruit afleiden dat de financiële steunmaatregelen van de regeringen de mensen goed hebben ondersteund», zegt Meuleman.
Er was wel een verschil op te merken als rekening werd gehouden met leeftijd. Jongeren gaven het beleid een lagere score dan volwassenen en ouderen. Dat komt wellicht omdat de beperkingen in sociale contacten, online onderwijs en quarantainemaatregelen het grootste effect hadden op hun dagelijkse leven, stellen de onderzoekers.
Vertrouwen zorgt voor punten
De belangrijkste factor die de score beïnvloedt, blijkt politiek vertrouwen te zijn. Personen die heel veel vertrouwen hebben in staatsinstellingen geven het beleid gemiddeld een 3 punten hogere score in vergelijking met personen die heel weinig vertrouwen hebben. Het verschil wordt nog groter wanneer personen ook de integriteit van wetenschappers in twijfel trekken.
Burgers baseren hun tevredenheid dus vooral op persoonlijke overtuigingen en ideeën, eerder dan op objectieve criteria over de effectiviteit van maatregelen, stellen de onderzoekers. Het algemeen vertrouwen in de politiek speelt een grotere rol dan politieke strekking.
«De belangrijkste conclusie die we hieruit kunnen meegeven naar beleidsmakers is dat politiek vertrouwen essentieel is om publieke goedkeuring te krijgen voor maatregelen die de vrijheid van mensen inperken», besluit professor Meuleman.
Alles wat je echt wilt weten vind je op Metrotime.be