Vlaanderen wil lessen trekken uit de coronapandemie en de energiecrisis. Te afhankelijk zijn van het buitenland voor beschermingsmateriaal of energie maakt je als regio kwetsbaar. Daarom vindt minister Brouns ‘strategische autonomie’ op het vlak van voeding zo belangrijk. Vlamingen moeten kunnen genieten van kwalitatief buitenlands voedsel, maar Vlaanderen mag er niet «afhankelijk van worden», klinkt het. Daarom is er nood aan een «sterke, duurzame en performante landbouw», weliswaar «in evenwicht met de omgeving», denk maar aan de gevoelige discussies over stikstof en waterkwaliteit.
19 doelstellingen
In de nieuwe Vlaamse voedselstrategie zijn in totaal 19 doestellingen geformuleerd om te komen tot betaalbaar, kwaliteitsvol en duurzaam voedsel. Die doelstellingen gaan van het bestrijden van voedselongelijkheid tot de prijszetting voor voedsel. Primaire producenten moeten ook een duurzaam toekomstperfspectief krijgen, bijvoorbeeld door «de beschikbaarheid van voedselgrond», zo staat te lezen.
Volgens minister van Landbouw Jo Brouns is het de bedoeling om een aantal van die doelstellingen op korte termijn te bereiken via ‘voedseldeals’ of hefboomacties. Voor elke deal zijn er al concrete acties opgestart. In de komende maanden worden de voedseldeals nog verfijnd en aangevuld.
De CD&V-minister mikt alvast hoog. «We mogen de ambitie hebben om Vlaanderen om te vormen tot het Silicon Valley voor een duurzame voedselproductie: we hebben daar met onze landbouwbedrijven, onderzoekscentra, kennisinstellingen en voedingsindustrie alle troeven voor in handen», zegt minister Brouns.
«Met deze voedselstrategie gaan we voor gezonde en duurzame voeding voor iedereen, een bloeiende voedseleconomie met een eerlijke verloning voor de landbouwer en een voedselsysteem dat de grenzen van onze planeet respecteert», vult Patricia De Clercq, secretaris-generaal van het Departement Landbouw en Visserij, aan.