«Kleuters zijn echte probleemoplossers. Dat moet ook wel, want dagelijks komen ze nieuwe problemen tegen. Ik vroeg me af hoe leerkrachten kleuters kunnen stimuleren om nog betere probleemoplossers te worden. Al snel kwam ik uit bij prentenboeken», vertelt Joris Van Elsen. Prentenboeken zijn overal aanwezig in onze kleuterklassen en worden gebruikt om de taalontwikkeling van kleuters te stimuleren, nieuwe thema's te introduceren, moeilijke onderwerpen bespreekbaar te maken, de fantasie te prikkelen en noem maar op. Het onderzoek van Van Elsen voegt daar het leren oplossen van problemen aan toe.
Vierennegentig kleuters uit zes Vlaamse kleuterklassen namen deel aan het experiment. Vijf dagen op een rij lazen kleuterleerkrachten interactief voor uit prentenboeken aan kleine groepjes kleuters. Bij interactief voorlezen zijn de kleuters geen passieve luisteraars, maar worden ze actief betrokken bij het verhaal. «Prentenboeken zijn geen wondermiddel op zich. Het wordt pas echt interessant wanneer je ze gebruikt om kinderen met elkaar te laten discussiëren.»
Om het effect van interactief voorlezen te meten, ontwikkelde Van Elsen twee tests. Hierbij kregen de kleuters een prent te zien van een kindje dat niet bij zijn of haar bal geraakt. Bij de ene prent ligt de bal op een kast, bij de andere in een vijver. De opdracht was zo veel mogelijk oplossingen te bedenken om aan de bal te geraken. Niet alleen het aantal oplossingen, maar ook het aantal verschillende oplossingsstrategieën en de originaliteit van de oplossingen telden mee.
Laat ons raden: in scenario 1 kwam je niet veel verder dan de stoel of de bezem te gebruiken en in scenario 2 stapte je in het bootje om de bal te recupereren. Kleuters gaan vaak nog een stapje verder. «De creativiteit van sommige kleuters kent geen grenzen. Ze vragen zonder verpinken hulp aan een kikker of een zwaan, stellen voor een robot te bouwen of zouden de brandweer bellen om hun bal van de kast te halen. En als dat allemaal niet helpt, is er altijd nog plakband. Je kan er takken mee aan elkaar vastmaken, je kan met rolletjes smijten of ze opstapelen tot een toren en erop klimmen. Kleuters worden bij het bedenken van oplossingen niet gehinderd door vastgeroeste denkpatronen. Hun oplossingen komen soms uit een onverwachte hoek. Als de bal te hoog ligt, kan je ook groeien of... gewoon een nieuwe bal kopen.
Van Elsen stelde grote verschillen vast tussen de kleuters. «Sommige kleuters rijgen de mogelijke oplossingen aan elkaar, andere houden het na twee of drie oplossingen voor bekeken.» De resultaten van het onderzoek tonen aan dat interactief voorlezen zowel een positief effect heeft op het aantal oplossingen als op de mate waarin ze het probleem langs verschillende kanten benaderen.
Experimenteren met kleuters in volle coronacrisis was niet vanzelfsprekend. Als onderzoeker mocht Van Elsen de kleuterklas niet in. «Dat was eigenlijk niet zo'n probleem. Eerder onderzoek toonde aan dat kleuters verlegen zijn als tests worden afgenomen door voor hen onbekende onderzoekers. Dat wilde ik vermijden door het experiment te laten uitvoeren door de leerkrachten zelf. Gelukkig zagen de leerkrachten dat zitten. Niet evident als je weet dat de leerkrachten 18 tot 24 kleuters onder hun hoede hadden», vertelt Van Elsen.
Van Elsen zet zijn onderzoek voort aan de Universiteit Antwerpen, zo brengt hij verder het probleemoplossend denken bij kinderen in kaart en helpt hij leerkrachten hierbij te ondersteunen. «Sinds enkele jaren behoort de derde kleuterklas tot het leerplichtonderwijs. Wetenschappelijk gezien is het Vlaamse kleuteronderwijs nog grotendeels onontgonnen terrein. We weten nog maar weinig over hoe kleuters echte problemen oplossen in de klas en daarbuiten. Daar wil ik graag verandering in brengen.»
Met kleuters werken rond probleemoplossing is een goede voorbereiding op de start in het lager onderwijs. En eigenlijk is het ook gewoon leuk. «Na afloop van het experiment vertelde een van de leerkrachten hoe enkele kleuters spontaan oplossingen bedachten tijdens een verhaal van een andere juf en hoe ze kleine probleempjes in de klas probeerden op te lossen. Blijkbaar hadden ze de smaak goed te pakken.»
Voor kleuterleerkrachten heeft Van Elsen nog één advies. «Zorg altijd voor een extra voorraad plakband in de klas, want kleuters lossen bijna alles op met plakband.»
Vlaamse Scriptieprijs